Meer dan 6,7 miljoen beoordelingen en recensies Organiseer de boeken die je wilt lezen of gelezen hebt Het laatste boekennieuws Word gratis lid
×
Lezersrecensie

Op papier is veel mogelijk

Frans Moberts 26 augustus 2025
“En toen sprong de dochter van de goudsmid op haar beurt door de tijden heen het heden van nu binnen. De toekomstige Uta van Naumburg riep: ‘Hebben ze hier cola?’”

‘Het levende standbeeld’, een kort verhaal van Günter Grass verscheen pas in 2022, zeven jaar na het overlijden van de schrijver. Het prachtig verzorgde boek verscheen op initiatief van Hilke Ohsoling, jarenlang de rechterhand van de schrijver en nadien beheerder van zijn nalatenschap. Zij ontdekte in het archief van Grass een aanzet tot een verhaal, niet alleen een tekst maar ook bijbehorende tekeningen. De ontstaansgeschiedenis van het boek verdient net zoveel aandacht als het verhaal zelf.

Een eerste, handgeschreven versie schreef Grass al in 2003. Op diezelfde dag, 5 augustus begon hij ook al aan een verder uitgewerkte versie, voorzien van een tekening van drie vrouwelijke levende standbeelden. Dit manuscript verwerkt hij deels tot een derde versie. Al twee jaar eerder, eind 2001 heeft de kunstenaar, Grass was immers van meerdere markten thuis al een lithografie getekend met vijf portretten waarover het latere verhaal deels vertelt. En dan zijn er ook nog zeven terracottabeelden met de naam ‘Figursteherin’, het beeld ‘Vrouw met vleugelmuts’ en een daarop gebaseerde roodkrijttekening.

In het verhaal zelf lopen feit en fictie door elkaar heen. Bij het toekennen van de Nobelprijs aan Grass werd zijn schrijverschap omschreven als “vrolijke zwarte fabels [die] het vergeten gezicht van de geschiedenis schetsen”.

Net als de ontstaansgeschiedenis van het boek omspant het verhaal zelf ook een langere periode. ‘Het levende standbeeld’ begint eind jaren tachtig, het ijzeren gordijn is nog net niet gevallen. We volgen een schrijver uit West-Berlijn op tournee in de DDR, “de Arbeiders- en Boerenstaat” waar “ik in kerken en parochiezalen uit mijn meest recente boek [mocht] voorlezen.” Een boek dat gaat over ratten en mensen. Die voorlezende schrijver is daarmee losjes gebaseerd op Grass zelf die in 1986 ‘Die Rattin’ schreef waarin de ratten het overnemen van de mensen. Tijdens zijn tournee bezoekt de verteller de dom van Nauburg waarbij hij tijdens de verplichte rondleiding oog in oog komt te staan met de beelden van de twaalf stichters van die dom. Hij is vooral onder de indruk van het beeld van Uta en stelt zich voor dat de beeldhouwer, de Meester van Naumburg, ze gemodelleerd heeft naar voorbeelden uit zijn directe omgeving.

De schrijver besluit de modellen, samen met de ‘Meester’, volgens hem “een nogal tengere man bij wie je je het zware werk met stenen nauwelijks kon voorstellen” uit te nodigen voor een lunch, “op papier is [immers] veel mogelijk.” Onder hen is ook “de dochter van een Naumburgse goudsmid” die zo stelt hij zich voor model heeft gestaan voor Uta.

Jaren later heeft hij de indruk dat hij die dochter “met de dunne boven- en vlezige onderlip” herkent in een levend standbeeld voor de dom van Keulen waar ze Uta van Naumburg uitbeeldt. Het daaropvolgende jaar ziet hij haar weer, nu voor de dom van Milaan. De schrijver raakt geobsedeerd door haar waardoor hij op een congres over literatuur en geschiedenis in een onbewaakt ogenblik een opmerking over Uta maakt, een opmerking die gepareerd wordt met “De nazi’s hadden ook al zo’n racistische cultus met die vreselijke Uta van Naumburg.” Hier refereert Grass aan het feit dat het standbeeld van Uta beschouwd werd als zijnde een icoon van het oprechte Duitse karakter en haar cultuur, dit in tegenstelling tot dat van Regelinde, ‘een glimlachende Poolse vrouw’. Iets verderop volgt ook een tweede aanwijzing dat Grass het over zichzelf heeft. Hij laat de schrijver na een diner tijdens de Frunkfurter Buchmesse er tussenuit piepen omdat hij “een voorraad van een bijzondere tabak wilde kopen”, Grass was namelijk een fervent pijproker.

Jaren gaan voorbij en dan ineens denkt hij ‘de dochter van de goudsmid ’ terug te zien, als levend standbeeld voor het kantoor van de Deutsche Bank in Frankfurt. Ze beeldt deze keer niet Uta van Naumburg uit maar een andere historische figuur. Hij trekt de stoute schoenen aan en nodigt haar uit voor een maaltijd, een échte. De daaropvolgende, teleurstellende ontmoeting heeft grote gevolgen.

Reageer op deze recensie

Meer recensies van Frans Moberts