Lezersrecensie
Krachtige thema’s verdienen verfijning
Sander Blom (1993, Winschoten) volgde na de opleiding Communicatiesystemen de Vakopleiding Scenario. Daarna startte hij zijn eigen filmproductiebedrijf waarbij, zoals hij het zelf omschrijft, "passie voor het vertellen van verhalen altijd centraal staat, of het nu in verfilmde of geschreven vorm is". Blom debuteerde in 2019 met de literaire thriller ‘Bezeten’. Dit jaar volgden de thriller ‘Dodenherdenking’ en het foto- en verhalenboek ‘Mythisch Groningen’.
In ‘Dodenherdenking’ wordt in een kanaal bij Baflo het lichaam van een vermoorde vrouw gevonden. Haar hoofd is kaalgeschoren en in haar voorhoofd staat een hakenkruis gekerfd. De vrouw blijkt een lokale wethouder te zijn die zich hard maakt voor een windmolenpark ten noorden van de Groningse plaats. Rechercheur Martin Doodeman wordt op de zaak gezet. Het is zijn eerste moordzaak nadat hij drie jaar vooral bureauwerk heeft gedaan. Doodeman zit al snel in een spagaat. Heeft de moord met het windmolenpark te maken, of met de naderende dodenherdenking waarbij de geschiedenis van de Tweede Wereldoorlog de dorpelingen tegenover elkaar plaatst?
Het boek heeft twee verhaallijnen, die beide chronologisch zijn opgebouwd. Het ene verhaal speelt zich af in 2019 en volgt het moordonderzoek. Deze verhaallijn wordt sporadisch onderbroken door een paar alinea’s over de voort- en gedachtegang van de moordenaar. Het tweede verhaal speelt zich af in de jaren 1942-1943. Hier maakt de lezer kennis met een Engelse piloot die neerstort en onderduikt bij een boer nabij Baflo. Beide verhaallijnen worden in de derde persoon enkelvoud verteld. De schrijfstijl is zonder complexiteit of metaforen. Een rechttoe rechtaan vertellend verhaal waarin veelvuldig gebruik wordt gemaakt van bijwoorden om het één en ander te benadrukken. Blom maakt aan het eind van bijna ieder hoofdstuk gebruik van, soms clichématige, cliffhangers om de spanning vast te houden.
Het hoofdpersonage in 2019 is Martin Doodeman, die de lezer goed leert kennen. Hij is op en top rechercheur, maar kampt nog steeds met een traumatische gebeurtenis van drie jaar geleden. Van zijn baas krijgt hij met de moordzaak de kans om te bewijzen dat hij volledig hersteld is. Samen met collega Karin stapt hij in de ring tussen voor- en tegenstanders van windmolens, waarbij vuil spel niet geschuwd wordt. Acties, bedreigingen en slachtoffers volgen elkaar in een rap tempo op. Actuele thema’s als de aardbevingsproblematiek, duurzame energie en tolerantie krijgen aandacht in dit deel. De passages van de moordenaar hebben niet veel toegevoegde waarde voor het verhaal.
De Engelse piloot Chris Evans is het belangrijkste personage in de tweede verhaallijn. Als één van de vijf onderduikers op een boerderij wordt hij op een totaal andere manier met de Tweede Wereldoorlog geconfronteerd. Hij ontdekt dat niet elke NSB’er even fout is, net zoals vrienden soms niet te vertrouwen zijn.
Aan het eind van het boek brengt Blom de beide verhaallijnen samen. De plot wordt mooi opgebouwd, maar komt voor de oplettende lezer niet als een verrassing. Daarvoor mist het de schrijver nog aan verfijning, hij vertelt gedurende het boek te veel.
In ‘Dodenherdenking’ wordt in een kanaal bij Baflo het lichaam van een vermoorde vrouw gevonden. Haar hoofd is kaalgeschoren en in haar voorhoofd staat een hakenkruis gekerfd. De vrouw blijkt een lokale wethouder te zijn die zich hard maakt voor een windmolenpark ten noorden van de Groningse plaats. Rechercheur Martin Doodeman wordt op de zaak gezet. Het is zijn eerste moordzaak nadat hij drie jaar vooral bureauwerk heeft gedaan. Doodeman zit al snel in een spagaat. Heeft de moord met het windmolenpark te maken, of met de naderende dodenherdenking waarbij de geschiedenis van de Tweede Wereldoorlog de dorpelingen tegenover elkaar plaatst?
Het boek heeft twee verhaallijnen, die beide chronologisch zijn opgebouwd. Het ene verhaal speelt zich af in 2019 en volgt het moordonderzoek. Deze verhaallijn wordt sporadisch onderbroken door een paar alinea’s over de voort- en gedachtegang van de moordenaar. Het tweede verhaal speelt zich af in de jaren 1942-1943. Hier maakt de lezer kennis met een Engelse piloot die neerstort en onderduikt bij een boer nabij Baflo. Beide verhaallijnen worden in de derde persoon enkelvoud verteld. De schrijfstijl is zonder complexiteit of metaforen. Een rechttoe rechtaan vertellend verhaal waarin veelvuldig gebruik wordt gemaakt van bijwoorden om het één en ander te benadrukken. Blom maakt aan het eind van bijna ieder hoofdstuk gebruik van, soms clichématige, cliffhangers om de spanning vast te houden.
Het hoofdpersonage in 2019 is Martin Doodeman, die de lezer goed leert kennen. Hij is op en top rechercheur, maar kampt nog steeds met een traumatische gebeurtenis van drie jaar geleden. Van zijn baas krijgt hij met de moordzaak de kans om te bewijzen dat hij volledig hersteld is. Samen met collega Karin stapt hij in de ring tussen voor- en tegenstanders van windmolens, waarbij vuil spel niet geschuwd wordt. Acties, bedreigingen en slachtoffers volgen elkaar in een rap tempo op. Actuele thema’s als de aardbevingsproblematiek, duurzame energie en tolerantie krijgen aandacht in dit deel. De passages van de moordenaar hebben niet veel toegevoegde waarde voor het verhaal.
De Engelse piloot Chris Evans is het belangrijkste personage in de tweede verhaallijn. Als één van de vijf onderduikers op een boerderij wordt hij op een totaal andere manier met de Tweede Wereldoorlog geconfronteerd. Hij ontdekt dat niet elke NSB’er even fout is, net zoals vrienden soms niet te vertrouwen zijn.
Aan het eind van het boek brengt Blom de beide verhaallijnen samen. De plot wordt mooi opgebouwd, maar komt voor de oplettende lezer niet als een verrassing. Daarvoor mist het de schrijver nog aan verfijning, hij vertelt gedurende het boek te veel.
1
Reageer op deze recensie