Lezersrecensie
Boeiende weergave van lange expeditie
In 2010 begon journalist Monisha Rajesh aan een vier maanden durende treinreis door India en haar ervaringen over deze onderneming zijn terug te vinden in het twee jaar later verschenen boek Around India in 80 trains. Deze reis, maar ook haar grote voorliefde voor het reizen per trein, leidden ertoe dat ze opnieuw aan een reisavontuur wilde beginnen. Deze keer had ze een wereldreis in gedachten, en opnieuw in 80 treinen. Met haar toenmalige verloofde (inmiddels huidige echtgenoot) begon ze in Londen aan een nieuwe reis die ongeveer 70.000 kilometer omvatte en waarin ze een groot aantal landen aandeed, waaronder het zo goed als ontoegankelijke Noord-Korea. In De wereld rond in 80 treinen, dat in 2022 in een Nederlandse is verschenen, doet ze verslag van de treinreizen.
In het boek vertelt Rajesh over de vele ontmoetingen en gesprekken die ze tijdens de zeven maanden durende reis met de meest uiteenlopende mensen heeft gehad, soms gehinderd door een taalbarrière, maar met behulp van de mobiele telefoon en handgebaren lukt het vaak wel om elkaar te begrijpen. Vanaf het allereerste moment dat ze in de trein stapte, is ze op zoek gegaan naar mensen die met haar in gesprek wilden gaan en daaruit valt op te maken dat ze erg in hen geïnteresseerd is. Dit blijkt onder andere uit hoe ze iedereen benadert, maar eveneens hoe ze de gesprekken weergeeft: respectvol en inlevend.
Behalve een summiere weergave van dergelijke gesprekjes vertelt de auteur ook over de verschillende treinen waarvan ze gebruik hebben gemaakt. Dit varieerde van luxe tot minder comfortabele exemplaren, en de ene keer mét en de andere keer zonder slaapcoupé. In sommige landen konden de reizigers (later reisde Mark, een vriend van hen, geruime tijd mee) niet zo heel lang verblijven, maar van daar waar het wel kon, doet ze een iets uitgebreider verslag. Dit is zonder meer interessant, ondanks dat natuurlijk lang niet alles over een locatie verteld kan worden. In ieder geval krijgt de lezer sowieso een aardige indruk van de bezochte plek, de mensen die er wonen en de ontmoetingen die er waren.
Ondanks de beperkte tijd en gelegenheid die er was – reizen is vaak toch een vluchtige bezigheid – gaat Rajesh op de situaties van enkele landen iets dieper in. Een goed voorbeeld hiervan is Tibet, waar ze overigens flink last van hoogteziekte hadden. Over dit land geeft ze iets meer achtergrondinformatie en vertelt ze hoe de verhoudingen met China liggen. Dergelijke passages zorgen ervoor dat het boek wat diepgaander is dan enkel en alleen maar een reisverslag. Dit toont eigenlijk ook aan wat de rol van een reisjournalist/-auteur moet zijn: niet alleen verslag doen van de reis zelf, maar ook meer vertellen over bijvoorbeeld de politieke omstandigheden van een land.
De schrijfstijl van de auteur is vlot, levendig, inlevend, beeldend en zo nu en dan licht cynisch of humoristisch. Over het algemeen krijgt de lezer het gevoel met Rajesh mee te reizen. Hij is als het ware bij de vele ontmoetingen aanwezig en ziet wat zij zelf ook ziet. Al met al is De reis om de wereld in 80 treinen, dat in 2019 door National Geographic uitgeroepen is tot het beste reisboek van het jaar, een boeiende weergave van een lange en toch wel vermoeiende reis. En door over deze expeditie te lezen, wordt je eigen reislust ook nog eens dusdanig aangewakkerd dat je het liefst meteen je koffers pakt en vertrekt.
In het boek vertelt Rajesh over de vele ontmoetingen en gesprekken die ze tijdens de zeven maanden durende reis met de meest uiteenlopende mensen heeft gehad, soms gehinderd door een taalbarrière, maar met behulp van de mobiele telefoon en handgebaren lukt het vaak wel om elkaar te begrijpen. Vanaf het allereerste moment dat ze in de trein stapte, is ze op zoek gegaan naar mensen die met haar in gesprek wilden gaan en daaruit valt op te maken dat ze erg in hen geïnteresseerd is. Dit blijkt onder andere uit hoe ze iedereen benadert, maar eveneens hoe ze de gesprekken weergeeft: respectvol en inlevend.
Behalve een summiere weergave van dergelijke gesprekjes vertelt de auteur ook over de verschillende treinen waarvan ze gebruik hebben gemaakt. Dit varieerde van luxe tot minder comfortabele exemplaren, en de ene keer mét en de andere keer zonder slaapcoupé. In sommige landen konden de reizigers (later reisde Mark, een vriend van hen, geruime tijd mee) niet zo heel lang verblijven, maar van daar waar het wel kon, doet ze een iets uitgebreider verslag. Dit is zonder meer interessant, ondanks dat natuurlijk lang niet alles over een locatie verteld kan worden. In ieder geval krijgt de lezer sowieso een aardige indruk van de bezochte plek, de mensen die er wonen en de ontmoetingen die er waren.
Ondanks de beperkte tijd en gelegenheid die er was – reizen is vaak toch een vluchtige bezigheid – gaat Rajesh op de situaties van enkele landen iets dieper in. Een goed voorbeeld hiervan is Tibet, waar ze overigens flink last van hoogteziekte hadden. Over dit land geeft ze iets meer achtergrondinformatie en vertelt ze hoe de verhoudingen met China liggen. Dergelijke passages zorgen ervoor dat het boek wat diepgaander is dan enkel en alleen maar een reisverslag. Dit toont eigenlijk ook aan wat de rol van een reisjournalist/-auteur moet zijn: niet alleen verslag doen van de reis zelf, maar ook meer vertellen over bijvoorbeeld de politieke omstandigheden van een land.
De schrijfstijl van de auteur is vlot, levendig, inlevend, beeldend en zo nu en dan licht cynisch of humoristisch. Over het algemeen krijgt de lezer het gevoel met Rajesh mee te reizen. Hij is als het ware bij de vele ontmoetingen aanwezig en ziet wat zij zelf ook ziet. Al met al is De reis om de wereld in 80 treinen, dat in 2019 door National Geographic uitgeroepen is tot het beste reisboek van het jaar, een boeiende weergave van een lange en toch wel vermoeiende reis. En door over deze expeditie te lezen, wordt je eigen reislust ook nog eens dusdanig aangewakkerd dat je het liefst meteen je koffers pakt en vertrekt.
1
Reageer op deze recensie