Lezersrecensie
Wat je zegt zie je zelf
Ellendig, zo voelt de zeventienjarige Marscha zich wanneer ze met haar ouders en broertje aankomt op camping Le Tournesol voor een vakantie van drie weken. Haar eetstoornis reist immers gewoon met haar mee. Hoewel ze dolgraag een normaal wil leven oppakken, blijkt dat makkelijker gezegd dan gedaan. Overal om haar heen wordt ze geconfronteerd met angsten en onzekerheden. Dan ontmoet ze Ruben, een vrolijke en aantrekkelijke jongeman die op de camping werkt. Hij lijkt alles te zijn wat zij niet is – zelfverzekerd, zorgeloos en populair – maar ook hij draagt zijn eigen problemen met zich mee. Brengt dit hen dichter bij elkaar of maakt het alles juist nog ingewikkelder?
Een aangrijpende maar hoopvolle YA-roman, vol inlevingsvermogen, waarin een meisje met een eetstoornis een emotionele en levensveranderende zomervakantie beleeft.
Het verhaal wordt verteld vanuit het perspectief van Marscha en Ruben, waardoor je als lezer diep in hun gedachten wordt meegenomen. De indringende en realistische weergave van Marscha’s strijd met haar eetstoornis maakt haar angst, frustratie en constante worsteling voelbaar. Hoewel ze weet dat haar gedrag ongezond is en ze het anders wil, blijft haar eetstoornis haar manipuleren. Jacodine van de Velde geeft op een unieke manier inzicht in hoe iemand met een eetstoornis denkt en voelt. Een eetstoornis maakt je kapot, van binnen en van buiten. Marscha vecht ontzettend hard, terwijl mensen van buitenaf vaak niets merken. Toch denkt zij dat iedereen kan zien wat haar gedachten haar laten voelen.
Op vakantie ontmoet Marscha de geduldige Ruben – knap, sportief, grappig, meelevend en oprecht. Langzaamaan durft ze opener te zijn tegenover hem. Ook al heeft Ruben zijn eigen problemen, hij doet zijn uiterste best om Marscha te begrijpen. Het is ontzettend dapper van haar dat ze hem over haar eetstoornis vertelt, en tegelijk is het prachtig om te zien hoe liefdevol en begripvol Ruben daarop reageert.
Daarnaast laat het verhaal zien hoe Marscha’s eetstoornis haar gezin beïnvloedt. Haar kleine broertje probeert haar te begrijpen, maar vindt het soms lastig. De band met haar moeder is ingewikkeld, maar op deze vakantie groeien ze dichter naar elkaar toe. Dankzij de steun van haar beste vriendin Esmee, de bemoedigende woorden van haar ouders – die haar precies het zetje geven dat ze nodig heeft en de nieuwe vrienden die ze op de camping maakt, zet Marscha belangrijke stappen. Bij Ruben durft ze stukje bij beetje haar échte zelf te laten zien, los van de invloed van de eetstoornis. Hij laat haar zien dat niet iedereen een ‘perfect’ leven leidt, ook al lijkt dat soms zo van buitenaf. Samen helpen ze elkaar op een mooie, helende manier.
Het verhaal speelt zich af op vakantie, waardoor je als lezer ook het zomerse gevoel meebeleeft. De afwisseling tussen diepgaande, beladen gedachten en luchtige, vrolijke momenten maakt het verhaal vlot, aangrijpend én hoopvol. Het gaat niet alleen over zware thema’s, maar laat ook alle vormen van liefde zien tussen ouders en kinderen, broer en zus, vriendinnen, een nieuwe liefde én uiteindelijk zelfliefde. De epiloog vormt een mooie afsluiting die een glimlach achterlaat. Het is een verhaal dat zowel emotioneel als educatief raakt en steun biedt aan iedereen die zich in Marscha herkent.
Een aangrijpende maar hoopvolle YA-roman, vol inlevingsvermogen, waarin een meisje met een eetstoornis een emotionele en levensveranderende zomervakantie beleeft.
Het verhaal wordt verteld vanuit het perspectief van Marscha en Ruben, waardoor je als lezer diep in hun gedachten wordt meegenomen. De indringende en realistische weergave van Marscha’s strijd met haar eetstoornis maakt haar angst, frustratie en constante worsteling voelbaar. Hoewel ze weet dat haar gedrag ongezond is en ze het anders wil, blijft haar eetstoornis haar manipuleren. Jacodine van de Velde geeft op een unieke manier inzicht in hoe iemand met een eetstoornis denkt en voelt. Een eetstoornis maakt je kapot, van binnen en van buiten. Marscha vecht ontzettend hard, terwijl mensen van buitenaf vaak niets merken. Toch denkt zij dat iedereen kan zien wat haar gedachten haar laten voelen.
Op vakantie ontmoet Marscha de geduldige Ruben – knap, sportief, grappig, meelevend en oprecht. Langzaamaan durft ze opener te zijn tegenover hem. Ook al heeft Ruben zijn eigen problemen, hij doet zijn uiterste best om Marscha te begrijpen. Het is ontzettend dapper van haar dat ze hem over haar eetstoornis vertelt, en tegelijk is het prachtig om te zien hoe liefdevol en begripvol Ruben daarop reageert.
Daarnaast laat het verhaal zien hoe Marscha’s eetstoornis haar gezin beïnvloedt. Haar kleine broertje probeert haar te begrijpen, maar vindt het soms lastig. De band met haar moeder is ingewikkeld, maar op deze vakantie groeien ze dichter naar elkaar toe. Dankzij de steun van haar beste vriendin Esmee, de bemoedigende woorden van haar ouders – die haar precies het zetje geven dat ze nodig heeft en de nieuwe vrienden die ze op de camping maakt, zet Marscha belangrijke stappen. Bij Ruben durft ze stukje bij beetje haar échte zelf te laten zien, los van de invloed van de eetstoornis. Hij laat haar zien dat niet iedereen een ‘perfect’ leven leidt, ook al lijkt dat soms zo van buitenaf. Samen helpen ze elkaar op een mooie, helende manier.
Het verhaal speelt zich af op vakantie, waardoor je als lezer ook het zomerse gevoel meebeleeft. De afwisseling tussen diepgaande, beladen gedachten en luchtige, vrolijke momenten maakt het verhaal vlot, aangrijpend én hoopvol. Het gaat niet alleen over zware thema’s, maar laat ook alle vormen van liefde zien tussen ouders en kinderen, broer en zus, vriendinnen, een nieuwe liefde én uiteindelijk zelfliefde. De epiloog vormt een mooie afsluiting die een glimlach achterlaat. Het is een verhaal dat zowel emotioneel als educatief raakt en steun biedt aan iedereen die zich in Marscha herkent.
1
Reageer op deze recensie