Lezersrecensie
Een bombardement aan personages en wendingen
De Tressiaanse Republiek staat voor problemen. Vijftien jaar na de moord op Katya Trelan, gravin-weduwe van Eskavord, een van de zuidelijke graafschappen, door Viktor Akadra, ridder in dienst van Tressia, is dit zuidelijk gebied nog steeds rebellerend. Katya’s opvolger en zoon Josiri Trelan speelt hierin een belangrijke rol. Hij was oud genoeg om de moord op zijn moeder bewust te hebben meegemaakt. Zijn zuster Calenne was dat niet en is daarom geneigd om de band met het verleden te verbreken en te ontsnappen aan de ballingschap waartoe ze als edele van het zuiden gedwongen is. Dat zuiden van Tressia grenst aan het Hadirische Keizerrijk dat rond deze periode Tressia binnenvalt. De binnenlandse politieke intriges en de buitenlandse invasie bedreigen de Republiek, maar paradepaard Viktor leeft zelf met nog een ander geheim dat hij koste wat kost moet zien te bewaren, wil hij niet als ketter veroordeeld en verbrand worden. Josiri, Calenne en Viktor hebben tegenstrijdige belangen maar worden verplicht samen te werken om te vermijden dat de gehele Republiek ten onder gaat.
Legacy of ash is het eerste deel van een trilogie door debutant Matthew Ward. Het boek is met zijn bijna achthonderd bladzijden aan epische fantasy een turf, volgepakt met politieke en militaire intriges waar zelfs de doorgewinterde fantasylezer een hele kluif aan heeft.
Eenmaal je je oog heb kunnen losrukken van de prachtige cover, ontdek je vooraan in het boek een gedetailleerde kaart. De e-boeklezers worden voor één keer verwend want de kaart is niet, zoals vaak, een weinig scherp jpeg-bestand waarvan de tekst amper te lezen is, maar zit in hoge resolutie in de epub verpakt. E-boeklezers voor PC (zoals Calibre) hebben de mogelijkheid om deze afbeeldingen apart te openen, en dan ontdek je dat de kaart zelfs op een groot scherm haarscherp blijft. Enkele vrij vroeg in het boek genoemde plaatsen, bleken dan weer niet op de kaart terug te vinden, wat eventjes tegenviel.
De dramatis personae die tussen kaart en proloog in het boek gestopt zit, verraadt al dat er een hele stoet aan personages zit aan te komen. Na een boeiende en veelbelovende proloog, blijkt al snel hoe waar dat is, en hoe nutteloos de dramatis personae. Ward vuurt na de inleiding het ene na het andere personage op de lezer af. Wie tot welke factie behoort, en wat hun rol precies is, is haast onmogelijk te vatten, laat staan te onthouden. Ruim een kwart later, met meer dan tweehonderd van de achthonderd bladzijden achter de kiezen, is daar nog steeds geen verbetering in gekomen. De drie hoofdpersonages komen geregeld terug, maar alle anderen, nieuwe en terugkerende, blijven verschijnen en verdwijnen zonder dat duidelijk is wie of wat ze zijn en waarom ze er zijn. De plot van het verhaal blijft lang onduidelijk en van de meeste wendingen is het nut een groot vraagteken.
De meeste hoofdstukken hebben een soortgelijk verloop: enkele personages komen samen en er ontstaat een dialoog die een invloed heeft op de vele intriges die het boek beheersen. Complotten worden gesmeed, acties gepland. Op naar het volgende hoofdstuk waarin tegenacties op poten worden gezet. De auteur wisselt de personages sneller van kamp dan de lezer kan volgen. Het resultaat is dat het je na enige tijd niet meer kan schelen en dat je geen poging meer doet om het verhaal nog te begrijpen. Actie en spanning nemen toe na verloop van tijd. Wie de helft van het boek bereikt, komt daar vanzelf achter. Maar de inspanning die het kost om zover te raken, is groot. (Ik ontving een recensie-exemplaar en voelde me daarom verplicht verder te lezen. Zo niet was ik afgehaakt.) De dikte van het boek is geen probleem, dat zijn fantasylezers gewend. Wat het boek nodig heeft is minder personages die actief gevolgd worden en een aanvankelijk rustigere opbouw van de karakters en de wereld. Zo krijgt de lezer ademruimte om alles en iedereen te leren kennen en is de wil om hun avonturen daarna te ontdekken, ook groter. Het boek zit vol ideeën, maar zoals ze hier gepresenteerd worden, is het slechts zwoegen en zweten.
Legacy of ash is het eerste deel van een trilogie door debutant Matthew Ward. Het boek is met zijn bijna achthonderd bladzijden aan epische fantasy een turf, volgepakt met politieke en militaire intriges waar zelfs de doorgewinterde fantasylezer een hele kluif aan heeft.
Eenmaal je je oog heb kunnen losrukken van de prachtige cover, ontdek je vooraan in het boek een gedetailleerde kaart. De e-boeklezers worden voor één keer verwend want de kaart is niet, zoals vaak, een weinig scherp jpeg-bestand waarvan de tekst amper te lezen is, maar zit in hoge resolutie in de epub verpakt. E-boeklezers voor PC (zoals Calibre) hebben de mogelijkheid om deze afbeeldingen apart te openen, en dan ontdek je dat de kaart zelfs op een groot scherm haarscherp blijft. Enkele vrij vroeg in het boek genoemde plaatsen, bleken dan weer niet op de kaart terug te vinden, wat eventjes tegenviel.
De dramatis personae die tussen kaart en proloog in het boek gestopt zit, verraadt al dat er een hele stoet aan personages zit aan te komen. Na een boeiende en veelbelovende proloog, blijkt al snel hoe waar dat is, en hoe nutteloos de dramatis personae. Ward vuurt na de inleiding het ene na het andere personage op de lezer af. Wie tot welke factie behoort, en wat hun rol precies is, is haast onmogelijk te vatten, laat staan te onthouden. Ruim een kwart later, met meer dan tweehonderd van de achthonderd bladzijden achter de kiezen, is daar nog steeds geen verbetering in gekomen. De drie hoofdpersonages komen geregeld terug, maar alle anderen, nieuwe en terugkerende, blijven verschijnen en verdwijnen zonder dat duidelijk is wie of wat ze zijn en waarom ze er zijn. De plot van het verhaal blijft lang onduidelijk en van de meeste wendingen is het nut een groot vraagteken.
De meeste hoofdstukken hebben een soortgelijk verloop: enkele personages komen samen en er ontstaat een dialoog die een invloed heeft op de vele intriges die het boek beheersen. Complotten worden gesmeed, acties gepland. Op naar het volgende hoofdstuk waarin tegenacties op poten worden gezet. De auteur wisselt de personages sneller van kamp dan de lezer kan volgen. Het resultaat is dat het je na enige tijd niet meer kan schelen en dat je geen poging meer doet om het verhaal nog te begrijpen. Actie en spanning nemen toe na verloop van tijd. Wie de helft van het boek bereikt, komt daar vanzelf achter. Maar de inspanning die het kost om zover te raken, is groot. (Ik ontving een recensie-exemplaar en voelde me daarom verplicht verder te lezen. Zo niet was ik afgehaakt.) De dikte van het boek is geen probleem, dat zijn fantasylezers gewend. Wat het boek nodig heeft is minder personages die actief gevolgd worden en een aanvankelijk rustigere opbouw van de karakters en de wereld. Zo krijgt de lezer ademruimte om alles en iedereen te leren kennen en is de wil om hun avonturen daarna te ontdekken, ook groter. Het boek zit vol ideeën, maar zoals ze hier gepresenteerd worden, is het slechts zwoegen en zweten.
2
Reageer op deze recensie