Lezersrecensie
Niet trots
Op zich heb ik niet zoveel toe te voegen aan de uitstekende recensie van Geertje Otten. Dit is inderdaad een boek voor doorzetters. Dat komt o.a door de manier van schrijven. De Zuid-Afrikaan Dan Sleigh is van oorsprong geen romancier, maar historicus. Hij is gespecialiseerd in de Nederlandse koloniale geschiedenis en werkte als redacteur op de vertaalafdeling van het archief van Kaapstad. Hij zat dus dicht bij de bron voor zijn boek.
Dat gaat over de eerste 50 jaar van Kaap de Goede Hoop. Dat diende als verversingsstation voor VOC-schepen, die er acht maanden over deden om de Oost (Nederlands Indië) te bereiken. Sleigh vertelt dat verhaal aan de hand van de belevenissen van twee vrouwen -moeder en dochter- die tot de oorspronkelijke bevolking behoren en de mannen in hun leven. Elk van de zeven hoofdstukken is aan een van die mannen gewijd, te beginnen bij het stamhoofd ‘chief Harry’, een meelijwekkende figuur die te maken krijgt met de stichter van de Kaap, de sluwe Jan van Riebeeck.
Ik verdenk Sleigh er overigens van dat hij rijkelijk uit de notulen van de VOC citeert, want soms moet je je door hele opsommingen van allerlei missiven van die 17e eeuwse multinational worstelen. Daarbij springt hij regelmatig van de hak op de tak. Dat bevordert de leesbaarheid natuurlijk niet, maar gek genoeg vond ik de inhoud dermate boeiend dat ik bleef lezen: 666 pagina’s lang.
Die VOC is alom aanwezig. Het is onvoorstelbaar wat een macht deze Hollandse handelsorganisatie had en wat voor invloed zij had op het dagelijks leven, waarbij het doel -winst maken - de middelen ruimschoots heiligde. Denk aan de slavenhandel, maar ook aan de willekeur waarmee omgesprongen werd met het eiland Mauritius: dat andere verversingsstation in de buurt van Madagaskar. Dat werd rucksichtlos gesloten, omdat het niet genoeg opbracht. Alles werd platgebrand en de bewoners die zich daar al een generatie lang hadden gevestigd, moesten zonder pardon vertrekken. De VOC was namelijk bang dat zij hun diensten zouden aanbieden aan de concurrentie, de Engelsen en de Fransen.
Soms had ik moeite met sommige Oudhollandse termen en begrippen. Weliswaar bevat het boek een kleine verklarende woordenlijst, maar die is volstrekt ontoereikend en googelen bood ook niet altijd uitkomst. Zo gis ik bijvoorbeeld nog steeds naar het woord andersmaak. En zonder enige uitleg worden de Heren Zeventien geintroduceert (het centrale bestuur van de VOC, zetelend te Amsterdam).
Toch wegen mijns inziens al die ongemakjes niet op tegen de zeer boeiende inhoud van deze historische roman: een stukje vaderlandse geschiedenis door de ogen van gewone mensen waar we overigens niet trots op hoeven te zijn.
1
Reageer op deze recensie