Lezersrecensie
Gedwongen zussen
De achtjarige Genevieve Yang woont met haar ouders en oma in een piepkleine flat in Singapore. Op een dag in 1996 worden ze opgescheept met de komst van Arin, die uit het tweede, geheime gezin van haar opa in Maleisië komt. De twee meisjes moeten erg aan elkaar wennen maar uiteindelijk worden ze als echte zussen en zijn ze bijna onafscheidelijk. Hun moeder Su speelt een belangrijke rol in hun leven. Toch kan ook zij niet voorkomen dat de levens van Gen en Arin heel verschillende kanten op gaan. Tot ze elkaar bijna twintig jaar later in 2015 weer treffen onder verdrietige omstandigheden.
De tweede dochter is de debuutroman van Jemimah Wei (1992) Ze schreef meer dan tien jaar aan haar eersteling maar won ondertussen wel vele prijzen voor haar korte verhalen en aandacht voor literatuur door vrouwen. Na drie jaar in de reclame en copywriting en acht jaar als (online) presentator te hebben gewerkt richt ze zich vanaf 2017 volledig op haar literaire projecten. Wei woont en werkt afwisselend in Singapore en de USA.
Deze debuutroman werd uit het Engels vertaald door Dirk-Jan Arensman. Of het toeval is of dat deze vertaler echt al aan zijn signatuur te herkennen is laten we even in het midden, maar lezers van De bijensteek van Paul Murray, dat overigens bij dezelfde uitgever verscheen, zullen misschien overeenkomsten in beide boeken zien. Het onderwerp van beide boeken, het wel en wee van gemankeerde en gebroken gezinnen, zal zeker hiertoe bijdragen.
Het boek begint bij het einde, als de twee zussen elkaar weer treffen aan het sterfbed van hun moeder Su. Je wordt meteen nieuwsgierig naar de reden waarom Gen en Arin elkaar al jaren niet meer gesproken hebben en gaan ze het weer goedmaken?
Daarna gaan we terug naar 1996 waarin Gen en Arin gedwongen zussen van elkaar worden als Arin vanuit Maleisie bij het gezin in de al heel erg krappe flat in Singapore komt wonen. Het verhaal is dan nog een beetje taai, de auteur bedient zich van soms een beetje te veel beschrijvingen en een wat hoogdravende schrijfstijl.
‘Zowel het feit dat Arin was gekomen als het overduidelijke verlangen van mijn grootmoeder om te doen alsof ze niet bestond had de sfeer in ons huis log gemaakt, verzwaarde alles wat er werd gezegd, tot het gemakkelijker was om ons eten in stilte op te eten.’
Maar zoals de band van de twee meisjes van lieverlee steeds hechter wordt zo word je ook steeds verder het verhaal ingezogen. Wei verstaat de kunst de lezer in het hoofd van een van de personages te laten kruipen, in dit geval dat van Genevieve. Haar toewijding aan haar schoolwerk, haar eerst nog oprechte pogingen om Arin thuis te laten voelen, haar latere boosheid en jaloezie en de behoefte om wraak te willen nemen. Je krijgt alles voorgeschoteld en wel zo dat je Gen soms uit het boek wil rukken om haar even goed toe te spreken.
Wei weet de lezer op fenomenale wijze mee te nemen in de maatschappelijke structuur van Singapore. Iets wat je als lezer nogal eens de wenkbrauwen fors doet fronsen. Waar Gen op de basisschool nog als de beste van de klas uit de bus kwam, moet ze het onderspit delven als ze eenmaal op de middelbare school zit tussen de veel rijkere en welgestelde klasgenoten. Blijkbaar is lesstof uit je hoofd stampen dan niet meer voldoende maar spelen afkomst en de portemonnee van je vader een veel belangrijkere rol in het leven. Genevieve wil dit maar niet oppikken maar Arin heeft al snel door wat er in het leven van je verwacht wordt. En dit zorgt uiteindelijk voor de onvermijdelijke breuk tussen hen.
‘Ik voelde me ellendig; als de criteria om geaccepteerd te worden me nu maar werden uitgelegd, dan was ik ervan overtuigd dat ik daar perfect aan zou hebben voldaan.’
Familiebanden, opgroeien, acceptatie, jaloezie, het blijven boeiende thema’s die overal ter wereld een grote rol blijken te spelen en die ook door Wei als dankbare onderwerpen zijn verweven in haar eerste boek. Ze weet ze bijna feilloos neer te zetten en om te buigen naar herkenbare situaties. Een volgend boek van haar hand maakt nu al nieuwsgierig. Hopelijk duurt dat niet weer tien jaar...
De tweede dochter is de debuutroman van Jemimah Wei (1992) Ze schreef meer dan tien jaar aan haar eersteling maar won ondertussen wel vele prijzen voor haar korte verhalen en aandacht voor literatuur door vrouwen. Na drie jaar in de reclame en copywriting en acht jaar als (online) presentator te hebben gewerkt richt ze zich vanaf 2017 volledig op haar literaire projecten. Wei woont en werkt afwisselend in Singapore en de USA.
Deze debuutroman werd uit het Engels vertaald door Dirk-Jan Arensman. Of het toeval is of dat deze vertaler echt al aan zijn signatuur te herkennen is laten we even in het midden, maar lezers van De bijensteek van Paul Murray, dat overigens bij dezelfde uitgever verscheen, zullen misschien overeenkomsten in beide boeken zien. Het onderwerp van beide boeken, het wel en wee van gemankeerde en gebroken gezinnen, zal zeker hiertoe bijdragen.
Het boek begint bij het einde, als de twee zussen elkaar weer treffen aan het sterfbed van hun moeder Su. Je wordt meteen nieuwsgierig naar de reden waarom Gen en Arin elkaar al jaren niet meer gesproken hebben en gaan ze het weer goedmaken?
Daarna gaan we terug naar 1996 waarin Gen en Arin gedwongen zussen van elkaar worden als Arin vanuit Maleisie bij het gezin in de al heel erg krappe flat in Singapore komt wonen. Het verhaal is dan nog een beetje taai, de auteur bedient zich van soms een beetje te veel beschrijvingen en een wat hoogdravende schrijfstijl.
‘Zowel het feit dat Arin was gekomen als het overduidelijke verlangen van mijn grootmoeder om te doen alsof ze niet bestond had de sfeer in ons huis log gemaakt, verzwaarde alles wat er werd gezegd, tot het gemakkelijker was om ons eten in stilte op te eten.’
Maar zoals de band van de twee meisjes van lieverlee steeds hechter wordt zo word je ook steeds verder het verhaal ingezogen. Wei verstaat de kunst de lezer in het hoofd van een van de personages te laten kruipen, in dit geval dat van Genevieve. Haar toewijding aan haar schoolwerk, haar eerst nog oprechte pogingen om Arin thuis te laten voelen, haar latere boosheid en jaloezie en de behoefte om wraak te willen nemen. Je krijgt alles voorgeschoteld en wel zo dat je Gen soms uit het boek wil rukken om haar even goed toe te spreken.
Wei weet de lezer op fenomenale wijze mee te nemen in de maatschappelijke structuur van Singapore. Iets wat je als lezer nogal eens de wenkbrauwen fors doet fronsen. Waar Gen op de basisschool nog als de beste van de klas uit de bus kwam, moet ze het onderspit delven als ze eenmaal op de middelbare school zit tussen de veel rijkere en welgestelde klasgenoten. Blijkbaar is lesstof uit je hoofd stampen dan niet meer voldoende maar spelen afkomst en de portemonnee van je vader een veel belangrijkere rol in het leven. Genevieve wil dit maar niet oppikken maar Arin heeft al snel door wat er in het leven van je verwacht wordt. En dit zorgt uiteindelijk voor de onvermijdelijke breuk tussen hen.
‘Ik voelde me ellendig; als de criteria om geaccepteerd te worden me nu maar werden uitgelegd, dan was ik ervan overtuigd dat ik daar perfect aan zou hebben voldaan.’
Familiebanden, opgroeien, acceptatie, jaloezie, het blijven boeiende thema’s die overal ter wereld een grote rol blijken te spelen en die ook door Wei als dankbare onderwerpen zijn verweven in haar eerste boek. Ze weet ze bijna feilloos neer te zetten en om te buigen naar herkenbare situaties. Een volgend boek van haar hand maakt nu al nieuwsgierig. Hopelijk duurt dat niet weer tien jaar...
1
Reageer op deze recensie