Lezersrecensie
Over verval van boerenlandschap en verval in een mens.
Ik zou zoveel uit dit boek kunnen citeren; ik wil hele passages gewoon memoriseren.
Zo mooi, zo treffend.
En zo raak het verval van een landschap beschreven. Vele oorzaken, gevolgen en niet terug te draaien feiten. Zo ook het afglijden van een gewone man na één onbezonnen misstap. Eerst moest iets kapot.
'Wie in vrede wil leven, heeft vredige gedachten nodig. Wie vrede met zijn gedachten wil, moet zijn gedachten ordenen'
'We waren één met alles, met de lucht en de bomen en de dieren - allemaal onderdeel van een en hetzelfde iets wat we niet kunnen benoemen.'
'Het was hoogzomer, de maïs stond schaamteloos rechtop, fris als pas gewassen kunstbloemen. Binnen ging de Senseo aan. Vanaf mijn eerse herinneringen had ik de wereld en de seizoenen zien veranderen, maar de laatste dertien jaar gebeurde het 't meest; misschien dat ik er toen meer op lette.
Geleidelijk hebben we de natuur uit het landschap zien verdwijnen. Het was een proces. Daarom viel het ook niet zo op. Als het met schokken was gegaan, als er zichtbare happen uit de natuur waren gebeten, hadden we het eerder opgemerkt. Een individuele boer kon je er niet voor verantwoordelijk houden. Zo werkte het niet. Achteraf hadden wij het ook liever anders gezien.
De vogels miste ik het meest. De grutto's, de leeuweriken, hoog uit het gras, de gele kwikstaartjes bij de vlaaien, die had je toen ook nog, echte flinke vlaaien, ronde, zoete centra van klein leven. Nu is de mest zo dun dat hij meteen wegloopt.
Dertien jaar geleden werden de koeien nog naar buiten gebracht. Je zag veel meer schapen. Paarden en pony's zie je nog steeds, vooral dicht rond het dorp, de paardensport blijft populair.
Kraaien en kauwen hadden we, meeuwen en ganzen, elk jaar meer. We hadden alles. Grijze, witte, kol-,brand- en nijlganzen, bruine, met zwarte oogvlekken. Ergens in mijn vroege jeugd kwamen ze ineens, en sindsdien bleven ze komen, we wisten niet waarom, we wisten alleen dat vanaf dezelfde tijd ook de eerse gastarbeiders uit vergelijkbaren streken naar ons land kwamen.
De ganzen gingen steeds later weg en kwamen steeds vroeger terug. Ze trokken steeds minder, sommige groepen waren er al helemaal mee opgehouden.
De boeren hadden de natuur niet alleen zien verdwijnen, ze ware niet alleen de eerste en belangrijkste getuigen van het veranderingsproces geweest, ze hebben de natuur eerlijk gezegd ook een handje geholpen met verdwijnen. Er leefde bijna niets meer op het platteland. Het wachten was op het eerste voorjaar waarin de aarde te weinig insecten uit zou wasemen om de gewassen te kunnen bevruchten.
Alles was gif, de zaden verzadigd, de kevers lagen op hun rug. We hadden het zelf gedaan, ik ook. Je zag de schade die insecten aanrichtten, maar je vergat hun belang. Toen de nicotinoïden werden verboden, schakelden we moeiteloos over op de neonicotinoïden.
Eerst moest iets kapot voordat je zag dat het kapot kon, zo werkte het. Eerst moest iets kapot en dan pas zagen we hoe het in elkaar zat. Hoe het in elkaar gezeten had. Het was een leerproces, we leerden met vernietigende kracht.'
Zo mooi, zo treffend.
En zo raak het verval van een landschap beschreven. Vele oorzaken, gevolgen en niet terug te draaien feiten. Zo ook het afglijden van een gewone man na één onbezonnen misstap. Eerst moest iets kapot.
'Wie in vrede wil leven, heeft vredige gedachten nodig. Wie vrede met zijn gedachten wil, moet zijn gedachten ordenen'
'We waren één met alles, met de lucht en de bomen en de dieren - allemaal onderdeel van een en hetzelfde iets wat we niet kunnen benoemen.'
'Het was hoogzomer, de maïs stond schaamteloos rechtop, fris als pas gewassen kunstbloemen. Binnen ging de Senseo aan. Vanaf mijn eerse herinneringen had ik de wereld en de seizoenen zien veranderen, maar de laatste dertien jaar gebeurde het 't meest; misschien dat ik er toen meer op lette.
Geleidelijk hebben we de natuur uit het landschap zien verdwijnen. Het was een proces. Daarom viel het ook niet zo op. Als het met schokken was gegaan, als er zichtbare happen uit de natuur waren gebeten, hadden we het eerder opgemerkt. Een individuele boer kon je er niet voor verantwoordelijk houden. Zo werkte het niet. Achteraf hadden wij het ook liever anders gezien.
De vogels miste ik het meest. De grutto's, de leeuweriken, hoog uit het gras, de gele kwikstaartjes bij de vlaaien, die had je toen ook nog, echte flinke vlaaien, ronde, zoete centra van klein leven. Nu is de mest zo dun dat hij meteen wegloopt.
Dertien jaar geleden werden de koeien nog naar buiten gebracht. Je zag veel meer schapen. Paarden en pony's zie je nog steeds, vooral dicht rond het dorp, de paardensport blijft populair.
Kraaien en kauwen hadden we, meeuwen en ganzen, elk jaar meer. We hadden alles. Grijze, witte, kol-,brand- en nijlganzen, bruine, met zwarte oogvlekken. Ergens in mijn vroege jeugd kwamen ze ineens, en sindsdien bleven ze komen, we wisten niet waarom, we wisten alleen dat vanaf dezelfde tijd ook de eerse gastarbeiders uit vergelijkbaren streken naar ons land kwamen.
De ganzen gingen steeds later weg en kwamen steeds vroeger terug. Ze trokken steeds minder, sommige groepen waren er al helemaal mee opgehouden.
De boeren hadden de natuur niet alleen zien verdwijnen, ze ware niet alleen de eerste en belangrijkste getuigen van het veranderingsproces geweest, ze hebben de natuur eerlijk gezegd ook een handje geholpen met verdwijnen. Er leefde bijna niets meer op het platteland. Het wachten was op het eerste voorjaar waarin de aarde te weinig insecten uit zou wasemen om de gewassen te kunnen bevruchten.
Alles was gif, de zaden verzadigd, de kevers lagen op hun rug. We hadden het zelf gedaan, ik ook. Je zag de schade die insecten aanrichtten, maar je vergat hun belang. Toen de nicotinoïden werden verboden, schakelden we moeiteloos over op de neonicotinoïden.
Eerst moest iets kapot voordat je zag dat het kapot kon, zo werkte het. Eerst moest iets kapot en dan pas zagen we hoe het in elkaar zat. Hoe het in elkaar gezeten had. Het was een leerproces, we leerden met vernietigende kracht.'
2
Reageer op deze recensie