Lezersrecensie
Lijvige roman met veel natuur
Ken je dat? Je komt een boek tegen en vraagt je af of dit iets voor jou zal zijn, maar je besluit het toch maar te negeren? Al het blauw van de hemel van Mélissa Da Costa was zo’n soort boek voor mij. Het sprak mij in eerste instantie totaal niet aan, maar om de een of andere reden bleef het toch ergens knagen. Het wed daarom hoog tijd het te proberen, zonder al te veel verwachtingen te hebben. Want, dan kon het ook niet tegenvallen. Is dit boek iets voor mij gebleken?
De reden waarom mijn verwachtingen niet al te hoog waren, was de setting. Ik houd nou eenmaal niet zo van boeken waarin gereisd wordt en waarin spiritualiteit en natuur een belangrijke rol spelen. Deze verwachtingen werden bij mij opgeroepen door de flaptekst. Doordat de roman het verhaal vertelt van Emile die op zijn zesentwintigste wordt gediagnostiseerd met jong alzheimer en hoogstwaarschijnlijk nog maar enkele jaren te leven heeft, viel de medaille dan weer de andere kant op. Het verhaal lijkt emotioneel te worden waarin serieuzere thema’s niet uit de weg worden gegaan. En ja, beide verwachtingen kwamen uit.
Als Emile te horen krijgt dat hij niet lang meer te leven heeft, neemt hij een drastisch besluit. Hij wil al jaren op avontuur, gewoon rondreizen met een camper en zien waar hij terecht komt. Hij heeft deze droom alleen nooit waargemaakt, want daar was geen tijd voor. Nu besluit hij dit wel te doen, want hij weigert dood te gaan in een ziekenhuisbed, gekoppeld aan allerlei apparaten. Hij besluit een reisgenoot te zoeken via een advertentie op internet en zo komt Joanne in zijn leven. Deze twee personages kunnen op het eerste gezicht niet veel meer van elkaar verschillen. Aan de ene kant is er de levenslustige Emile, die nog alles uit het leven wil halen. Joanne daarentegen lijkt behoorlijk levensmoe. Ze is timide (wat helemaal niet erg is), mar laat ook weinig los over zichzelf. Ze is zo gesloten als wat, met dikke muren om zich heen. Als lezer vraag je je af wat haar heeft gemaakt tot wie ze is geworden, want dat mysterieuze heeft ze niet zomaar. Gaandeweg zie je beide personages zich ontwikkelen. Joanne kruipt steeds meer uit haar schulp terwijl Emile juist steeds meer in zijn schulp kruipt. Door deze ontwikkeling van beide personages leer je hen en hun achtergrondverhaal goed kennen. En dan blijkt het helemaal niet zo gek dat dit nou juist de hoofdpersonen van deze roman zijn.
Aan het begin moest ik enorm wennen aan de schrijfstijl. Het boek is origineel Franstalig en dat merkte ik in de vertaling. Dit heeft met name te maken met de manier van communiceren, deze is nogal pompeus waardoor het voor mij als Nederlandse stroef aanvoelt. Ik kon me daardoor moeilijk in het verhaal verliezen. Dit veranderde echter naarmate Da Costa steeds meer prijsgeeft over de personages en nadat er ook echt dingen gebeuren. Het boek is dik en om eerlijk te zijn voelt dat ook zo. Het tempo ligt niet heel hoog. Dit is iets dat goed bij dit verhaal past, maar hierdoor voelde deze roman soms iets te lang. Ook de onregelmatige wisseling van perspectief was verwarrend, maar tegelijkertijd ook logisch voor het verdere verloop van het verhaal.
Voor natuurliefhebbers is dit boek zeer geschikt. De reis voert Emile en Joanne door de Pyreneeën met zijn kleine schilderachtige dorpjes. De auteur heeft deze goed weten weer te geven op papier. Zelf ben ik niet zo’n liefhebber van boeken die zich in de natuur afspelen, maar in deze lijvige roman kon ik hier wel mee dealen. Zoals eerder al aangegeven is het tempo van de plot vrij laag, tot op een bepaald punt. Wat er dan gebeurt is iets dat je als lezer zelf moet ontdekken, in verband met spoilers kan ik hier weinig over loslaten. Vanaf dit sleutelmoment wist het verhaal mij meer te intrigeren, iets dat het in de eerste paar hoofdstukken absoluut niet deed. Ik wilde erachter komen wat er toch allemaal met Joanne is gebeurd, zij is verreweg het meest interessante personage van dit boek.
Ondanks dat ik Al het blauw van de hemel van Mélissa Da Costa aanvankelijk de rug toekeerde, ben ik wel blij dat ik het heb gelezen. Zoals verwacht deden de beschrijvingen van de natuur mij niet heel veel, maar de ontwikkeling van de personages was interessant om te zien. Emile en Joanne zijn enorme tegenpolen, maar ontwikkelen zich wel steeds meer. Het tempo ligt wat laag, tot op een bepaald punt in het verhaal. Vanaf dat moment weet het meer te intrigeren en wilde ik verder blijven lezen. Toch weet het niet te voorkomen dat ik het boek vrij dik vond, iets dat ook wel zo is. Het is alleen jammer dat ik dat ook zo voelde. Houd je van verhalen met diepere lagen én beschrijvingen van de natuur? Dan is deze roman een aanrader voor jou.
De reden waarom mijn verwachtingen niet al te hoog waren, was de setting. Ik houd nou eenmaal niet zo van boeken waarin gereisd wordt en waarin spiritualiteit en natuur een belangrijke rol spelen. Deze verwachtingen werden bij mij opgeroepen door de flaptekst. Doordat de roman het verhaal vertelt van Emile die op zijn zesentwintigste wordt gediagnostiseerd met jong alzheimer en hoogstwaarschijnlijk nog maar enkele jaren te leven heeft, viel de medaille dan weer de andere kant op. Het verhaal lijkt emotioneel te worden waarin serieuzere thema’s niet uit de weg worden gegaan. En ja, beide verwachtingen kwamen uit.
Als Emile te horen krijgt dat hij niet lang meer te leven heeft, neemt hij een drastisch besluit. Hij wil al jaren op avontuur, gewoon rondreizen met een camper en zien waar hij terecht komt. Hij heeft deze droom alleen nooit waargemaakt, want daar was geen tijd voor. Nu besluit hij dit wel te doen, want hij weigert dood te gaan in een ziekenhuisbed, gekoppeld aan allerlei apparaten. Hij besluit een reisgenoot te zoeken via een advertentie op internet en zo komt Joanne in zijn leven. Deze twee personages kunnen op het eerste gezicht niet veel meer van elkaar verschillen. Aan de ene kant is er de levenslustige Emile, die nog alles uit het leven wil halen. Joanne daarentegen lijkt behoorlijk levensmoe. Ze is timide (wat helemaal niet erg is), mar laat ook weinig los over zichzelf. Ze is zo gesloten als wat, met dikke muren om zich heen. Als lezer vraag je je af wat haar heeft gemaakt tot wie ze is geworden, want dat mysterieuze heeft ze niet zomaar. Gaandeweg zie je beide personages zich ontwikkelen. Joanne kruipt steeds meer uit haar schulp terwijl Emile juist steeds meer in zijn schulp kruipt. Door deze ontwikkeling van beide personages leer je hen en hun achtergrondverhaal goed kennen. En dan blijkt het helemaal niet zo gek dat dit nou juist de hoofdpersonen van deze roman zijn.
Aan het begin moest ik enorm wennen aan de schrijfstijl. Het boek is origineel Franstalig en dat merkte ik in de vertaling. Dit heeft met name te maken met de manier van communiceren, deze is nogal pompeus waardoor het voor mij als Nederlandse stroef aanvoelt. Ik kon me daardoor moeilijk in het verhaal verliezen. Dit veranderde echter naarmate Da Costa steeds meer prijsgeeft over de personages en nadat er ook echt dingen gebeuren. Het boek is dik en om eerlijk te zijn voelt dat ook zo. Het tempo ligt niet heel hoog. Dit is iets dat goed bij dit verhaal past, maar hierdoor voelde deze roman soms iets te lang. Ook de onregelmatige wisseling van perspectief was verwarrend, maar tegelijkertijd ook logisch voor het verdere verloop van het verhaal.
Voor natuurliefhebbers is dit boek zeer geschikt. De reis voert Emile en Joanne door de Pyreneeën met zijn kleine schilderachtige dorpjes. De auteur heeft deze goed weten weer te geven op papier. Zelf ben ik niet zo’n liefhebber van boeken die zich in de natuur afspelen, maar in deze lijvige roman kon ik hier wel mee dealen. Zoals eerder al aangegeven is het tempo van de plot vrij laag, tot op een bepaald punt. Wat er dan gebeurt is iets dat je als lezer zelf moet ontdekken, in verband met spoilers kan ik hier weinig over loslaten. Vanaf dit sleutelmoment wist het verhaal mij meer te intrigeren, iets dat het in de eerste paar hoofdstukken absoluut niet deed. Ik wilde erachter komen wat er toch allemaal met Joanne is gebeurd, zij is verreweg het meest interessante personage van dit boek.
Ondanks dat ik Al het blauw van de hemel van Mélissa Da Costa aanvankelijk de rug toekeerde, ben ik wel blij dat ik het heb gelezen. Zoals verwacht deden de beschrijvingen van de natuur mij niet heel veel, maar de ontwikkeling van de personages was interessant om te zien. Emile en Joanne zijn enorme tegenpolen, maar ontwikkelen zich wel steeds meer. Het tempo ligt wat laag, tot op een bepaald punt in het verhaal. Vanaf dat moment weet het meer te intrigeren en wilde ik verder blijven lezen. Toch weet het niet te voorkomen dat ik het boek vrij dik vond, iets dat ook wel zo is. Het is alleen jammer dat ik dat ook zo voelde. Houd je van verhalen met diepere lagen én beschrijvingen van de natuur? Dan is deze roman een aanrader voor jou.
1
Reageer op deze recensie