Meer dan 6,3 miljoen beoordelingen en recensies Organiseer de boeken die je wilt lezen of gelezen hebt Het laatste boekennieuws Word gratis lid
×
Lezersrecensie

Een imponerend koor van jammerklachten

Nico van der Sijde 13 februari 2016
Ik kende Svetlana Alexijevitsj alleen omdat ze al jaren favoriet is voor de Nobelprijs, maar toen ze die won trok ik toch eens de impuls-aankoop "Het einde van de rode mens" uit de kast. Dat leverde een werkelijk overdonderende leeservaring op: ik werd totaal weggeblazen, meegezogen, overrompeld en door elkaar geschud. Alexijevitsj is een der zeer weinigen die de Nobelprijs voor Literatuur wint met non-fictie: ook dit boek bestaat uit niet-verzonnen levensverhalen van tientallen burgers uit de voormalige Sovjet-Unie. Maar dat levert proza op dat in pracht, intensiteit en dramatiek niet onderdoet voor Dostojevsky, Shakespeare en de schrijvers van Griekse tragedies. Al die verhalen zijn op zichzelf al bijna niet te geloven zo overrompelend, en naast elkaar gezet leiden ze tot een niet te bevatten meerstemmige en contrastrijke koorzang vol trauma en gefnuikt verlangen. Ik heb geen idee hoe Alexijevitsj in staat is om aan zo vele mensen zulke intense verhalen te ontlokken, en ook niet hoe het haar lukt om uit die vele gesprekken zo'n briljant en imponerend boek te componeren. Maar op de een of andere manier krijgt ze dat dus wel voor elkaar, en daar mag de lezer dankbaar voor zijn. Ik ben dat in elk geval wel.

Alle geinterviewden in dit boek vertellen over een levensloop die zo verbijsterend, tragisch, absurd en traumatiserend is dat je als lezer je ogen niet gelooft. Alexijevitsj tekent dat allemaal op, zonder oordeel, zonder verklaring, zonder duiding. Ze intervenieert ook nauwelijks, maar laat de mensen aan het woord in eindeloze en gepassioneerde monologen. Daarmee laat ze de bizarre raadsels die haar voorgeschoteld worden intact, en daarmee dwingt ze ook de lezer om zich voluit in deze bizarre raadsels te verdiepen. Die lezer volgt dan met stijgend ongeloof de vele op zichzelf al absurde, onbegrijpelijk veelkantige, en ook nog eens onderling contrasterende levens: van oude Sovjet-burgers die in Stalin bleven geloven ondanks dat ze zelf diverse terreuracties maar nauwelijks overleefden; van mensen vol haat tegen Gorbatsjov omdat zijn perestrojka hen alle illusies over het communisme ontnam; van mensen die zich snikkend van weemoed herinneren hoeveel hoop de perestrojka hen bood op nieuwe utopische tijden en die tegelijk vol woede zijn omdat die perestrojka uitmondde in leeg en voos kapitalisme; van mensen die vol provocerende woede dat kapitalisme omarmen; van beulen en slachtoffers en van mensen die beul en slachtoffer tegelijk zijn; enzovoort enzovoort. Je leeft mee met een stokoude Russische maarschalk die zichzelf van het leven berooft omdat het ideaal van het communisme teloor is gegaan. Maar ook met een Russische schoonheid die man en drie kinderen in de steek laat omdat ze trouwen wil met een veroordeelde moordenaar. En ook met die moordenaar zelf, die verbaasd is over het onbeheersbare beest in hemzelf. Ook het verhaal van de in de steek gelaten echtgenoot wordt overigens opgetekend, evenals het vreemde geluk dat hij, ook nu hij verlaten is, nog steeds voelt.

Dit boek geeft een wel heel schrijnend beeld van het vele leed in de oude Sovjet-Unie: de nog doorwerkende invloed van de Stalin-terreur, de vele omwentelingen tijdens en na Gorbatsjov, de oorlog en terreur in Tsjetsjenie, Afghanistan, Armenie, Wit-Rusland, de terreur onder Poetin, de Tsjetsjeense aanslagen in Moskou, de totale wanhoop van velen die de illusies van het communisme verloren en daar alleen leegte en armoede voor terugkregen. Dat traumatische leed wordt niet in generieke termen opgeschreven, maar via individuele levensverhalen overgebracht: dat maakt het nog krachtiger en concreter. Door de bizarre raadsels in die verhalen, en de vele contrasten tussen die verhalen, krijg je ook wat meer gevoel voor de onbegrijpelijke chaos in de voormalige Sovjet-landen. Je begrijpt nu beter en concreter hoe ingewikkeld en niet te bevatten het allemaal is. En bovendien werpen die verhalen een even onthustend als fascinerend licht op 'de menselijke ziel'. Zelf ben ik een brave en oppassende burger, met brave gevoelens zoals die normaal zijn in een veilige omgeving. Maar hier zijn mensen aan het woord die door het extreme karakter van wat hen overkomt alle braafheid, oppassendheid en begrenzing verliezen, waardoor ze verbijsterende dingen doen en nog verbijsterender dingen voelen. Dat is schrikwekkend, maar ook leerzaam: het leert je weer eens wat de omgeving voor vreselijks kan doen met het menselijke karakter en het menselijk lot, en hoe dun de lijn is tussen een vredig bestaantje en de totale instorting van alle houvast. Dat is tegelijk soms ook fascinerend en imponerend: het heilig geloof in "iets groots" van diverse oud-communisten - en hun bereidheid daar hun leven voor te geven- is behalve funest soms ook bewonderenswaardig, de wijze waarop sommige personen ondanks alles TOCH in ultieme liefde en vervulling blijven geloven is dat ook.

Bovendien is het boek zeer imponerend door zijn taalgebruik. Zo vertelt iemand als volgt over een vrouw, die jaren in de kampen heeft gezeten en later merkt dat dit kwam doordat ze aangegeven was door een met haar bevriende buurvrouw. Dit verbijsterende fenomeen wordt als volgt verteld: "Begrijpt u zoiets? Ik niet. Die vrouw ook niet. Ze ging naar huis en hing zich op. (Ze zwijgt). Ik ben atheiste. Ik heb God veel vragen te stellen". Die laatste twee zinnen vind ik echt meesterlijk in hun beknoptheid en verstilde wanhoop: geen lange jammerklacht, alleen de behoefte vragen te stellen aan een niet-bestaande God. Prachtig vind ik ook de volgende passage: "Melancholie overvalt iedereen, net als de pest. Je rijdt in de trein, kijkt uit het raam en wordt triest. Rondom is alles prachtig mooi, je kunt je ogen er niet van afhouden, maar de tranen rollen over je wangen, en je weet niet wat je overkomt. Ja, de beroemde Russische weemoed... Zelfs als een mens alles lijkt te bezitten, ontbreekt hem toch nog iets". Mooie zinnen, die bij Dostojevsky of Tsjechov niet zouden misstaan. Maar ze worden nog pregnanter door hun context: de melancholie hier wordt gevoeld door een Russische schone, die haar man en drie kinderen verlaat voor een levenslang veroordeelde beestachtige moordenaar, omdat die lijkt op een man die ze in haar dromen ooit zag. Dat maakt die melancholie flink wat ambivalenter, ingewikkelder en moeilijker te begrijpen, ook voor de vrouw in kwestie zelf. En voor de verlaten man al helemaal, zou je zeggen, maar het verbluffende is juist dat HIJ de bovenstaande woorden uitspreekt, en dus toch, als benadeelde partij, woorden zoekt voor het onverwoordbare gevoel dat zijn vrouw van hem wegdreef. Even later barst hij zelfs in snikken uit, omdat hij het zo onrechtvaardig vindt dat niemand zijn weggelopen vrouw begrijpt....

Veel van de levensverhalen die Alexijvitsj optekent gaan over zaken die te duister en pijnlijk zijn om te verwoorden. Maar die onverwoordbaarheid wordt dan vervolgens pregnant verwoord. Dat komt volgens mij sterk naar voren in de citaten hierboven, en op vele andere momenten in dit boek. Zo zegt iemand: "Het doet pijn, maar het is van mij. Dat wil ik niet ontvluchten. Ik kan niet zeggen dat ik alles aanvaard heb, dat ik dankbaar ben voor dat leed, daar is een ander woord voor nodig. Dat kan ik nu niet vinden. Ik weet dat ik in deze toestand ver weg ben van iedereen. Alleen. Je leed in eigen handen nemen, het geheel beheersen, eruit komen en er iets van meenemen. Dat is zo'n overwinning, alleen dat heeft zin. Je staat niet met lege handen, waarom ben je anders afgedaald naar de hel?" Of, zoals een andere geinterviewde zegt: "Zelfs bij de tandarts wil ik geen prik, ik wil geen verdoving. Mijn gevoel is mijn gevoel, prettig of pijnlijk, koppel me niet los van mezelf [...] Na zekere tijd wordt leed kennis. Het wordt ook kennis". Ook hier cirkelen de woorden rondom een gevoel dat te pijnlijk en duister is om helder te worden verwoord, en ook hier wordt dat pijnlijke en duistere bewust in de woorden bewaard. Allereerst door de verteller van het verhaal, maar vooral ook door Alexijevitsj die dit alles vol aandacht beluistert en opschrijft.

Non-fictie die even indringend, enerverend en prachtig van taal is als een roman van Dostojevsky: pas nu weet ik dat dit kan. En misschien is het zelfs nog indringender omdat het non-fictie is: niet alleen "waar gebeurd", maar ook en vooral zo absurd en ongerijmd dat geen schrijver dit kan verzinnen. En in zekere zin is het zelfs anti-fictie: alles wat in heilsverhalen van communisten of van Poetin c.s. wordt toegedekt wordt door Alexijevitsj in alle pijnlijkheid getoond. Ik vind het erg terecht dat Alexijevitsj de Nobelprijs voor Literatuur won in 2015, en ik heb meteen nog meer van haar boeken besteld.

Reageer op deze recensie

Meer recensies van Nico van der Sijde