Meer dan 5,3 miljoen beoordelingen en recensies Organiseer de boeken die je wilt lezen of gelezen hebt Het laatste boekennieuws Word gratis lid
×
Lezersrecensie

Een luguber meesterwerk vol mythische oerkracht

Nico van der Sijde 12 februari 2016
"Blood Meridian", het favoriete boek van o.a. David Vann, wordt vaak gezien als de meesterproef van Cormac McCarthy, door sommigen zelfs als een van de meest sublieme meesterwerken van de Amerikaanse literatuur. En laat ik er niet omheen draaien: volgens mij is het nog waar ook. Het is nog vele malen heftiger dan McCarthy's beroemde en veelgeprezen "The road", maar het is naar mijn smaak ook nog een paar klassen sterker. "Blood Meridian" is een van bloed en redeloos geweld doordesemde anti-western, vol ultieme bruutheid die zelfs films als "The wild bunch" of "Unforgiven" totaal doet verbleken. Het boek draait om een bende blanke scalpenjagers, die zo rond 1840 hele volksstammen uitmoordden voor geld en ter bevrediging van een niet nader benoemde oerdrift. Daarmee haalt "Blood Meridian" taferelen van brute wreedheid naar voren die in de officiele Amerikaanse geschiedschrijving nogal worden verbloemd, en in westerns al helemaal. Maar "Blood Meridian" is veel meer dan alleen kritiek op de Amerikaanse geschiedenis: het is ook - en naar mijn smaak: vooral- een fenomenale verbeelding van de tomeloos gewelddadige en onbegrijpelijke oerkrachten in en rondom de mens. Of, anders gezegd: van de natuur als een door redeloze oerkrachten gedreven en verbijsterende hel. Een soort "heart of darkness" die nog kolkender en chaotischer is dan de 'heart of darkness" van Conrad, een soort overweldigende chaos die door zijn immensiteit en intensiteit vaak de dimensies aanneemt van mythische verschrikkingen en oud-testamentische vervloekingen.

Dat alles roep Cormac McCarthy op fenomenale wijze op, door zijn volstrekt groteske plot die met elke ratio lijkt te spotten, maar vooral door zijn werkelijk sublieme stijl: door de adembenemende wijze waarop hij brute gevechten beschrijft als een onnavolgbare orgiastische uitbarsting van satanische proporties, maar vooral door de echt onnavolgbare wijze waarop hij landschapsbeschrijvingen laat ontaarden in nauwelijks te bevatten mythische taferelen. Volgens sommige denkers zijn oude mythen vooral de uiting van een enorme getroffenheid, van verbijstering over het verpletterende raadsel dat je een nietig mens bent in een immens en volkomen onbegrijpelijk universum. Welnu, dat is naar mijn gevoel de 'mythologische' ervaring die McCarthy echt op enorm indringende wijze oproept. Bijvoorbeeld als volgt: "They rode on and the sun in the east flushed pale streaks of light and then a deeper run of color like blood seeping up in sudden reaches flaring planewise and where the earth drained up into the sky at the edge of creation the top of the sun rose out of nothing like the head of a great red phallus until it cleared the unseen rim and sat squat and pulsing and malevolent behind them. The shadows of the smallest stones lay like pencil lines across the sand and the shapes of the men and their mounts advanced elongate before them like strands of the night from which they'd ridden, like tentacles to bind them to the darkness yet to come". Geweldige passage vind ik, met een briljant pulserend ritme (lees het maar eens hardop), dat ook iets ademloos heeft door het steeds maar herhaalde "and", en die ademloze, naar mijn smaak zelfs tamelijk verbijsterde toon past dan naar mijn smaak weer prachtig bij de nauwelijks te bevatten visioenen van een natuur die alle individuen overweldigt en opslokt. Een natuur immers waarin de zon een met bloed geassocieerde oerkracht is die schaduwen voortbrengt, en waarin die schaduwen weer aankondigingen zijn van een nacht die alle levensvormen meesleurt in de dood. En zo doet McCarthy dat pagina na pagina opnieuw. Bijvoorbeeld ook als volgt: "Under a gibbous moon horse and rider spanceled to their shadows on the snowblue ground and in each flare of lightning as the storm advanced those selfsame forms rearing with a terrible redundancy behind them like some third aspect of their presence hammered out black and wild upon the naked grounds. They rode on. They rode like men invested with a purpose whose origins were antecedent to them, like blood legatees of an order both imperative and remote. For although each man among them was discrete unto himself, conjoined they made a thing that had not been before and in that communal soul were wastes hardly reckonable more than those whited regions on old maps where monsters do live and where there is nothing other of the known world save conjectural winds". Hier veranderen de personages zelfs in een soort collectief "ding" dat alleen kan worden beschreven als een oeroud, mythisch en monsterachtig terra incognita. Hier wordt de natuur dus zelfs voorgesteld als oerkracht die alle personages, die toch al nauwelijks de kernmerken hadden van een gearticuleerde rationele persoonlijkheid, verandert in een amorfe onherkenbaarheid. Wat ook op veel andere plaatsen in dit boek gebeurt: "The desert upon which they were entrained was desert absolute and it was devoid of feature altogether and their was nothing to mark their progress upon it. The earth fell away on every side equally in its arcature and by these limits were they circumscribed and of them were they locus".

Dit soort mythologische natuurtaferelen zijn naar mijn smaak nog indringender dan de vele enerverende taferelen vol bruut en redeloos geweld. Want nog angstaanjagender en indrukwekkender dan een passage waarin iemand zonder reden wordt neergeschoten of wordt afgeslacht met een tomahawk vind ik de gedachte dat de personages worden omringd EN als persoon worden gedefinieerd door een "desert absolute". En nog indringender dan hun gewelddadigheid is de ondoorgrondelijkheid van de personages: een hoofdpersoon zonder naam die "the kid" wordt genoemd en die verstoken blijft van elke voor de lezer herkenbare psychologie, en zijn voornaamste tegenspeler is dan "the judge" die een soort "Colonel Kurtz" (uit "The heart of darkness") is in het kwadraat. Een bijna demonische gestalte, met de afmetingen van een reus en de gelaatstrekken van een onbehaard kind, die naarmate het boek vordert ook meer en meer lijkt te veranderen in een surrealistisch droombeeld. En bovendien lijkt hij te beschikken over een soort Faustiaanse geleerdheid; hij tekent alles wat hij ziet op in een groot boek, en ventileert in de latere hoofdstukken diverse ingenieuze, erudiete en verontrustende gedachten over de zinloze loop van het universum en over hoe je het leven moet proeven als bloedige en rituele oerdans, of als spel van toevallige oerkrachten zonder enig doel dan dit spel zelf. Fascinerend ambigue figuur, "the judge". Nooit krijg je als lezer vat op wat hem drijft. Ook weet je nooit of "the judge" een fabulerende leugenaar is, of juist iemand die ECHT beter dan wij begrijpt dat het leven een chaotisch spel is van zinloze oerkrachten. Je weet dus nooit of hij een "wetende" is, of een charlataneske leugenaar, of allebei gelijk. Maar precies die ambiguiteit van "the judge" vind ik mooi bijdragen aan de ambigue kracht van "Blood Meridian" als geheel. Want mede daardoor straalt hij dezelfde mythologische en onbeheersbare oerkracht uit als een absolute woestijn, een bloedrode zon of een eindeloze nacht.

Zelden heb ik een roman gelezen die zo doordrenkt was van ongetemde oerkracht. Ik wist dat "Blood Meridian" heftig ging worden, en stelde daarom het lezen van deze roman steeds uit. Maar gelukkig overwon ik mijn schroom. Want het is echt een subliem meesterwerk, en ik ben blij dat ik het nu gelezen heb.
2

Reageer op deze recensie

Meer recensies van Nico van der Sijde