Meer dan 6,3 miljoen beoordelingen en recensies Organiseer de boeken die je wilt lezen of gelezen hebt Het laatste boekennieuws Word gratis lid
×
Lezersrecensie

Bijzonder stukje geschiedenis

Tien topambtenaren nemen noodgedwongen de posities van de ministers over en moeten ons land besturen. Nee, dit gaat niet over onze huidige premier en ex-topambtenaar Dick Schoof. Dit gaat over de tien topambtenaren die ons land bestuurden op het moment dat Nederland zich overgaf aan Duitsland in 1940. De tien van Den Haag is een indrukwekkende historische non-fictie met relevantie voor het heden gezien het feit dat onze minister-president ook topambtenaar is geweest.

Stephan Steinmetz (1956) is auteur en hij was journalist, bestuurder en ambtenaar. Van 1990 tot 1998 was hij voorzitter van het Amsterdamse stadsdeel Zeeburg. Van zijn hand verschenen onder andere Schiphol. Biografie van een luchthaven (2020), De wieg (2017), Asterdorp. Een Amsterdamse geschiedenis van verheffing en vernedering (2016) en De brievenbus van mevrouw De Vries (2013).

Steinmetz schrijft in zijn dankwoord dat hij vijf jaar onderzoek heeft gedaan voor zijn meest recente boek De tien van Den Haag. Dat is bij het openslaan van het boek direct te merken door de aanwezigheid van voetnoten in de tekst. Steinmetz put voor zijn verhaal informatie uit nieuwsberichten, overheidsarchieven, verslagen en literatuur. Ook heeft de auteur nabestaanden van de topambtenaren gesproken die het land bestuurden nadat de ministers waren vertrokken in 1940.

Ja, zo is het echt gegaan. Het verhaal is chronologisch opgebouwd en begint in 1940 op het moment dat de Duitse dreiging tot escalatie heeft geleid. Steinmetz omschrijft de chaos over de mogelijke oorlog die Nederland moet voeren en de gebrekkige weerstand die Nederland kan bieden. Nadat Nederland capituleert verdwijnt de regering – de ministers en ook de koningin – naar Engeland. Wat overblijft: de hoogste ambtenaren van de tien departementen, de secretarissen-generaal. ‘Pas goed op het land en als het te gortig wordt moet je aftreden’, luidt hun laatste instructie. De Eerste en Tweede Kamer komen hierna ook niet meer bijeen.

Er ontvouwt zich een uitermate interessant verhaal. De ambtenaren krijgen elk te maken met hun eigen dilemma’s, zeker als de Duitse bezetter de eerste fase van de Jodenvervolging inzet. Dat begint met de registratie van de Joden in Nederland. De ambtenaren benadrukken dat er geen Joden-probleem in Nederland is, maar stemmen toch in met de registratie ervan.

Naarmate het verhaal vordert voert de Duitse bezetter de druk op en worden de dilemma’s voor de ambtenaren groter. De afweging van de ambtenaar is als volgt: meewerken met de Duitsers – maar de processen vertragen – of opstappen. Dat eerste kan door definities te betwisten. Bijvoorbeeld: wanneer is iemand Joods? Er kan pas iets uitgevoerd worden als dat helemaal duidelijk is. Maar: uitstel betekent geen afstel. De andere optie is opstappen, maar in dat geval komt er een pro-NSB vervanger op jouw ministerie. Is dat wenselijk? De ambtenaren kiezen er in ieder geval niet voor om omstreden wetten te ondertekenen. Het spel dat de ambtenaren samen met al hun medewerkers en de lokale overheden spelen, om de Duitse bezetter dwars te zitten, is buitengewoon goed beschreven. Als lezer begrijp je de overwegingen van de ambtenaren en ontwikkel je een eigen visie en vraag je jezelf regelmatig af: wat zou ik doen? In het verhaal komen voorbeelden aan bod waardoor de levens van honderden Joden gespaard zijn gebleven, maar ook juist beslissingen waardoor Joden om het leven zijn gekomen, zonder de ambtenaren hiervoor te veroordelen.

De rol van een ambtenaar als vervangend minister is daarnaast ook boeiend en relevant in deze tijd aangezien wij nu ook een minister-president hebben die een topambtenaar is geweest. Wat opvalt is dat ambtenaren goed zijn in het uitvoeren van beleid. In het boek haalt Steinmetz het voorbeeld aan van de voedselzekerheid. De ambtenaren willen voorkomen dat er een voedseltekort komt, want door de oorlog kan er flink minder voer voor de veestapel en eten geïmporteerd worden. De ambtenaren dokteren een plan uit: de veestapel moet fors krimpen en er moeten veel meer groenten worden verbouwd om voedselzekerheid te garanderen. Op dit gebied opereren de ambtenaren volledig autonoom. Ze bedenken een technocratisch plan en voeren het uit. En het werkt. Alleen in het laatste jaar van de oorlog is er een voedseltekort, maar dat heeft niks te maken met de voedselproductie. Dat komt doordat het vervoer van voedsel binnen Nederland onmogelijk werd gemaakt. Interessant is om tijdens het lezen van De tien van Den Haag parallellen te trekken met onze huidige minister-president.

Welke ambtenaren blijven zitten tot het einde van de oorlog? En hoe loopt het af met de ambtenaren die zijn blijven zitten, aangezien zij met de Duitse vijand hebben meegewerkt aan de deportatie van de Joden. Is hun iets te verwijten? Allemaal komt het uitvoerig aan bod in dit prachtige boek. De tien van Den Haag krijgt van mij 5 sterren.

Met dank aan Uitgeverij Boom voor dit recensie-exemplaar in ruil voor een eerlijke recensie.

Reageer op deze recensie

Meer recensies van Sander van Vliet