Lezersrecensie
Eindeloos wandelen om leeg te worden en hoop te houden
Door een verkeerde investering in een bedrijf van een jeugdvriend raken Raynor Winn en Moth in één klap alles kwijt. Tot overmaat van ramp krijgt Moth de diagnose dat hij ongeneeslijk ziek is. In een opwelling besluit Raynor om samen met Moth het South West Coast Path te gaan lopen, een kustroute van 1014 km. Met alleen twee rugzakken en een kleine tent, een uitkering van 48 pond per week, en geregeld barre weersomstandigheden een bijna onmogelijke onderneming.
Het boek beschrijft de tocht van dag tot dag: kamperen in het wild, elke dag weer op zoek naar een plek voor de tent, gunstig op de wind, met zo min mogelijk risico om te worden weggestuurd. Mensen die zij op hun pad tegenkomen zijn gefascineerd dat mensen van middelbare leeftijd zo rondtrekken. Een enkeling biedt iets te eten of te drinken aan. Weer anderen keren zich snel af van deze in hun ogen ‘stinkende daklozen’. Meevallers zijn er ook. Ze genieten van de natuur, en krijgen in de winter onderdak aangeboden in een huisje midden in de natuur, in ruil voor het opknappen ervan. Ondanks alle ontberingen komen Raynor en Moth in een ritme waarin ze zich één voelen met de natuur en zich sterker gaan voelen. Tegen het eind van de tocht besluiten ze een nieuwe toekomst voor henzelf te vinden.
Het boek is prachtig geschreven. De kracht ligt in de meeslepende natuurbeschrijvingen. Al lezend raak je onder de indruk van hun doorzettingsvermogen en de onverwoestbare liefde tussen beiden. Lange afstanden lopen wordt een manier van leven, waarin de waan van de dag wegvalt. Alle aandacht gaat uit naar iets te eten vinden en een plek voor de nacht. Een kop thee, een bord noedels, een reep chocola, of een kortstondige ontmoeting met andere mensen worden hoogtepunten van de dag. Angst voor de toekomst raakt op de achtergrond en doemt pas weer op als de reis bijna ten einde is.
Het talent van Raynor Winn voor schrijven komt ook naar voren hoe zij de band tussen haar en Moth beschrijft. Soms in korte zinnen, zoals “Jij kunt niet ziek zijn. Ik hou nog van je”. Alsof van elkaar houden genoeg is om rampspoed af te wenden. En soms in langere beschouwingen, waarin ze teder en liefdevol beschrijft hoe Moth en zij elkaar hebben leren kennen en samen een leven hebben opgebouwd, Moth zich tijdens de lange wandeltocht staande houdt, en telkens weer doorgaat.
Zo halverwege het boek slaat een Déja Vu gevoel toe. Wéér storm, regen en kou, steile klippen, honger hebben, heet water voor de thee bietsen, en onder lastige omstandigheden een plek voor de tent opzoeken. Op een gegeven moment weet je dat wel.
Het laatste hoofdstukje vertelt het verhaal van “Het zoutpad van pagina naar scherm”, over de verfilming van het boek met in de hoofdrollen Gillian Anderson in de rol van Raynor Winn en Jason Isaacs als Moth. Een bijzonder inkijkje in hoe een script en casting van de spelers tot stand komen. De film is prachtig, vooral door de mooie natuurbeelden van kliffen, bergen, smalle rotsachtige paadjes, en de zee. Ik heb de film gezien nadat ik het boek had gelezen. Dat bleek handig, want de aanleiding tot de wandeltocht wordt in de film pas duidelijk na verschillende flashbacks. Een verhaal chronologisch vertellen is in de filmwereld kennelijk te gewoon en not done.
Het boek beschrijft de tocht van dag tot dag: kamperen in het wild, elke dag weer op zoek naar een plek voor de tent, gunstig op de wind, met zo min mogelijk risico om te worden weggestuurd. Mensen die zij op hun pad tegenkomen zijn gefascineerd dat mensen van middelbare leeftijd zo rondtrekken. Een enkeling biedt iets te eten of te drinken aan. Weer anderen keren zich snel af van deze in hun ogen ‘stinkende daklozen’. Meevallers zijn er ook. Ze genieten van de natuur, en krijgen in de winter onderdak aangeboden in een huisje midden in de natuur, in ruil voor het opknappen ervan. Ondanks alle ontberingen komen Raynor en Moth in een ritme waarin ze zich één voelen met de natuur en zich sterker gaan voelen. Tegen het eind van de tocht besluiten ze een nieuwe toekomst voor henzelf te vinden.
Het boek is prachtig geschreven. De kracht ligt in de meeslepende natuurbeschrijvingen. Al lezend raak je onder de indruk van hun doorzettingsvermogen en de onverwoestbare liefde tussen beiden. Lange afstanden lopen wordt een manier van leven, waarin de waan van de dag wegvalt. Alle aandacht gaat uit naar iets te eten vinden en een plek voor de nacht. Een kop thee, een bord noedels, een reep chocola, of een kortstondige ontmoeting met andere mensen worden hoogtepunten van de dag. Angst voor de toekomst raakt op de achtergrond en doemt pas weer op als de reis bijna ten einde is.
Het talent van Raynor Winn voor schrijven komt ook naar voren hoe zij de band tussen haar en Moth beschrijft. Soms in korte zinnen, zoals “Jij kunt niet ziek zijn. Ik hou nog van je”. Alsof van elkaar houden genoeg is om rampspoed af te wenden. En soms in langere beschouwingen, waarin ze teder en liefdevol beschrijft hoe Moth en zij elkaar hebben leren kennen en samen een leven hebben opgebouwd, Moth zich tijdens de lange wandeltocht staande houdt, en telkens weer doorgaat.
Zo halverwege het boek slaat een Déja Vu gevoel toe. Wéér storm, regen en kou, steile klippen, honger hebben, heet water voor de thee bietsen, en onder lastige omstandigheden een plek voor de tent opzoeken. Op een gegeven moment weet je dat wel.
Het laatste hoofdstukje vertelt het verhaal van “Het zoutpad van pagina naar scherm”, over de verfilming van het boek met in de hoofdrollen Gillian Anderson in de rol van Raynor Winn en Jason Isaacs als Moth. Een bijzonder inkijkje in hoe een script en casting van de spelers tot stand komen. De film is prachtig, vooral door de mooie natuurbeelden van kliffen, bergen, smalle rotsachtige paadjes, en de zee. Ik heb de film gezien nadat ik het boek had gelezen. Dat bleek handig, want de aanleiding tot de wandeltocht wordt in de film pas duidelijk na verschillende flashbacks. Een verhaal chronologisch vertellen is in de filmwereld kennelijk te gewoon en not done.
1
Reageer op deze recensie