Meer dan 5,3 miljoen beoordelingen en recensies Organiseer de boeken die je wilt lezen of gelezen hebt Het laatste boekennieuws Word gratis lid
×
Lezersrecensie

Het mysterie SINGER

Wil 15 mei 2020
Het hart is een eenzame jager is eigenlijk de meest perfecte titel voor dit boek.
De meest voorkomende thema’s uit die tijd die langskomen zijn:
Voor het individu:
• De wanhoop van de eenzaamheid, van het niet begrepen worden…
• De zoektocht naar liefde, vriendschap, veiligheid, vrijheid en gelijkheid
• De falende verwezenlijking van dromen…
• Adolescentie en seksualiteit
Voor allen:
• De schrijnende rassenscheiding in de VS, een uitloper van de slavernij
• De daarbij behorende maatschappelijke scheiding en uitbuiting van de zwarte bevolking.
• Racisme, geweld, drankmisbruik, werkeloosheid, bittere armoede

Plaats: een niet bij name genoemde stad in het Zuiden van de VS, eind jaren dertig.
Duur: ongeveer één jaar

Een drama in drie delen en 25 hoofdstukken.

“In de stad woonden twee doofstommen, en ze waren altijd samen. Vroeg in de ochtend gingen ze van huis en liepen gearmd naar hun werk. De twee vrienden waren erg verschillend. De ene, die altijd leidde, was een dikke dromerige Griek. (…) De andere doofstomme was lang. In zijn ogen lag een wakkere, intelligente blik. Hij was een keurige verschijning en ging altijd heel sober gekleed.”

In het eerste hoofdstuk maken we kennis met hen: SPIROS ANTONAPOULOS en JOHN SINGER. Spiros werkt in de groente- en snoepwinkel van zijn neef. Singer is graveur bij een juwelier. Zij praten met hun handen met elkaar. “Singer weet niet precies hoeveel zijn vriend begreep van wat hij vertelde. Maar dat maakte niets uit.” Maar, na 10 jaar slaat het noodlot toe,… Antonapoulos wordt ziek, geestesziek. Zodanig dat hij moet worden opgenomen in een staatsinstelling, 300 km van de stad vandaan. De genadeklap voor Singer. Nu is hij alleen. Elke avond loopt, beter gezegd zwerft Singer urenlang door de straten van de stad. Handen diep weggestopt in zijn broekzakken. Dan komt hij terecht in het New York Café van kroegbaas BIFF BRANNON. En begint dit prachtige, doch melancholiek verhaal, deze zoektocht naar liefde en vriendschap van vijf willekeurige mensen.

Het café van BIFF BRANNON is aantrekkelijk voor mensen die op de een of andere manier beschadigd zijn door het leven. Het is dag en nacht geopend. Brannon is de goedmoedige, humane eigenaar die vanuit zijn vaste plaats aan de tapkast de mensen in zijn café observeert en analyseert. Zijn geduld met zijn klanten is uitzonderlijk. Heel aansprekend en eigenlijk onverwacht is het hoe Biff het overlijden van zijn vrouw Alice verwerkt. Biff had graag zelf kinderen gehad. Hij heeft dan ook een opvallende voorkeur voor Mick die af en toe in het café komt, hoewel zij dat anders uitlegt.

MICK KELLY, een jongensachtig meisje in een arm, groot gezin, dat altijd muziek in haar hoofd hoort en componiste wil worden. ’s Avonds loopt ze door de donkere straten van de stad, zoekt de muziek op die uit de huizen komt en denkt er diep over na. De derde symfonie van Beethoven maakt haar helemaal gek. Ze maakt muzikale aantekeningen in een geheim notitieboekje. Haar ouders hebben een pension met kostgangers die slecht betalen. Singer heeft daar ook zijn intrek genomen; hij is de enige die wel op tijd betaalt. Mick adoreert hem. Ze gaat vaak op zijn kamer zitten en schaduwt hem zelfs wanneer hij uit gaat. Singer begrijpt haar misschien wel het best. Hij geeft haar een radio zodat ze naar muziekprogramma’s kan luisteren.

De zwarte dokter BENEDICT COPELAND, verbitterde weduwnaar, wil boven zijn ras uitstijgen, in ieder geval met zijn kinderen die hij bijzondere namen geeft (Hamilton, Karl Marx). Maar zij willen niet en zijn zelfs bang voor hem en de jongens wenden zich van hem af. Hij streeft naar gelijkheid voor zijn hele volk. Alles staat in het teken van dit hogere doel in zijn leven. Hij is een goede dokter, heeft veel werk, verwaarloost zichzelf helaas, heeft tbc, misschien ook wel Parkinson... Hij heeft last van agressieve buien, nachtmerries en moorddadige dromen. Gelukkig houdt zijn enige dochter Portia hem een beetje in de gaten en probeert hem tot rede te brengen. Maar Copeland vindt dat ze zeurt en zich als een hinderlijke mug gedraagt. Copeland vindt dat hij gefaald heeft.

JAKE BLOUNT, alcoholistische communist, notoire ruziezoeker, steeds op de vlucht, waarschijnlijk voor de vele onbetaalde rekeningen. Hij werkt nu een tijdje op de kermis, als manusje van alles. Hij is klein, maar ontzettend sterk en haalt menige vechtpartij uit elkaar. Maar, Jake heeft een kwade dronk en kan urenlang onsamenhangend praten, brallen en schreeuwen in zijn dronkenschap. Een onsympathiek mens in mijn ogen. Dokter Copeland ziet waanzin in diens ogen…

Deze vier personen voor wie je al lezende toch enige genegenheid voelt (misschien wat minder voor Jake…) zoeken steeds het gezelschap van Singer op, ze praten met hem en vertellen hem al hun vertrouwelijkheden, geheimen en problemen. Hij schijnt hen te begrijpen. “Ze voelden dat de doofstomme alles begreep wat ze op hun lever hadden. En misschien nog wel meer…” Singer glimlacht altijd en zegt niets. Zelden schrijft hij een antwoord op een briefje wanneer hem iets gevraagd wordt. Een geheimzinnig figuur. Een soort God. Aan zijn vriend schrijft hij wel lange brieven die hij nooit verstuurt. Antonapoulos kan niet lezen.

Maar, deze vier personen zien niet dat Singer zelf ook lijdt. Eigenlijk bekommeren ze zich niet om hem. Hij is net zo eenzaam als zij zijn.

OPBOUW
Ieder hoofdstuk wordt verteld vanuit het perspectief van een van deze vijf personen. Ze komen elkaar wel geregeld tegen. Er zijn en er ontstaan wel connecties tussen hen.

De kracht van deze roman is wellicht gebaseerd op de herkenbaarheid van deze personen. Het zijn gewone mensen die, zoals eerder gezegd, soms zelfs weten te ontroeren. Het is leuk om met hen mee te lopen in hun dagelijkse leven, hun gedachten te volgen en om hun reacties te zien wanneer er in hun omgeving heftige dingen gebeuren.

Persoonlijk voelde ik me het meest betrokken bij de coming of age van Mick. Een heel apart jong meisje dat bezig is veel te vroeg volwassen te worden. Een buitenbeentje in dit grote arbeidersgezin. Al heel jong moet ze op haar jonge broertjes passen en daar heeft ze een speciale manier voor gevonden zodat ze zelf ook wat vrijheid heeft. Ze zit op de ambachtsschool maar schoolt zichzelf bij met andere vakken. Ze leest veel en is meer dan gemiddeld geïnteresseerd in de mensen en in de wereld om haar heen. Haar escapade met buurjongen Harry was hilarisch van onhandigheid. Zij is ook de enige die aan het eind van het boek nog een lichtpuntje ziet. “Waar was het anders in godsnaam allemaal goed voor geweest – haar gedachten over muziek en de plannen die ze in de binnenkamer had gemaakt? Het moest érgens goed voor zijn, als tenminste nog iéts zin had. En het was érgens goed voor, wél, wél, wél.”

En ja, natuurlijk is SINGER ook ontroerend. Ontroerend in zijn onvoorwaardelijke liefde voor zijn zwakbegaafde vriend, die hem
als mens niet ziet maar alleen maar aan eten denkt. Ontroerend hoe hij met deze vier personen omgaat, die hij evenzo nodig heeft als zij hem. Maar wat de anderen niet zien is dat hij af en toe het spoor bijster is. Hij begrijpt weinig van de wereld om hem heen. Hij kan zijn vrienden ook vaak niet volgen in hun gesprekken met hem. Zijn handen zijn altijd in beweging, willen iets zeggen, maar niemand om hem heen begrijpt gebarentaal. Daarom houdt hij zijn handen in zijn zakken. Singer is altijd alleen, nooit samen.

Dan zijn er nog een groot aantal bijpersonen die zeker de moeite waard zijn. Portia en William, de kinderen van de dokter, Lucille, de schoonzus van Biff met haar bloedmooie, doch onuitstaanbare dochtertje. De sympathieke vader van Mick. De godsdienstwaanzinnige Simms die zich aan Jake opdringt. (…)

Het einde van het boek is verbijsterend en laat iedereen hulpeloos achter.

“Maar er klopte iets niet” lezen we tot tweemaal toe. (blz. 137 en 213). Dat zinnetje heeft me wel aan het denken gezet. En eigenlijk weet ik het nu nog niet.

Een aanrader van een klassieke schoonheid. Voor de eerste keer uitgegeven in 1940 (de schrijfster was toen slechts 23 jaar) en nog steeds grenzeloos actueel. Een boek om nog lang over na te denken en over een tijdje weer eens te herlezen. Ook voor een leesclub heel geschikt.

VIJF STERREN

Zeist, 15 mei 2020
2

Reageer op deze recensie

Meer recensies van Wil

Gesponsord

Deze thriller trekt je razendsnel mee in een complot met onbetrouwbare staatslieden met hun eigen agenda's, internationale conflicten en hoogoplopende bedreigingen voor de samenleving.