Lezersrecensie
De Nederlandse koloniale geschiedenis komt samen in één mens
Marcel van Kanten, geboren in 1963 in Rotterdam heeft een Indische moeder en een Surinaamse vader. In hem komt de Nederlandse koloniale geschiedenis samen en dat merk je aan zijn verhalen. In zijn debuut Wortelzucht schrijft hij zijn autobiografische relaas van zijn zoektocht naar zijn achtergrond.
Marcel kent verhalen van zijn afkomst. Hij komt bij beide Opa’s en Oma’s over de vloer. Het is natuurlijk ook verwarrend, zo’n wisseling van de ene naar de andere wereld met ander eten en andere woorden. Maar er moet vooral keurig Nederlands worden gesproken en niet alles wordt verteld. Maar is er echt plaats voor hem in Nederland? Hij voelt een drang om zijn wortels te ontdekken. Wortelzucht is een term van een Congolese schrijver Kiza Magendame, die dit verlangen voor het eerst heeft benoemd. Als Marcel van Kanten voor zijn verjaardag een DNA test krijgt, komt hij erachter dat in zijn bloed wel 13 verschillende etniciteiten zitten, waaronder 5 Afrikaanse en een Joodse bloedlijn. Marcel gaat zijn stamboom langs en diept zo de koloniale geschiedenis op.
In Suriname ontdek je de wreedheden van de slavernij voor de slaafgemaakten en onrechtvaardige rijkdom van de plantagehouders. Voorgerekend wordt bijvoorbeeld wat zij kregen voor de voorouders van Marcel van Kanten, terwijl de familie geen schadeloosstelling kreeg. Dat slavenhouders en slavengemaakten met elkaar verweven zijn is voor Marcel bewezen op grond van de DNA test. Daarom is er in dit boek ook aandacht voor van de voorname Ierse family Kennedy, dezelfde voorvoorouder van de later president in Amerika.
Ook wordt duidelijk hoe na de afschaffing van de slavernij, arbeidsmigranten, onder andere ook uit Portugees Madeira naar Suriname kwamen en zodoende een plek in de stamboom van Marcel hebben gekregen.
Aan de andere kant van de wereld is daar de geschiedenis van Nederlands Indië en Knil militairen, die een njai hadden, een Javaanse of Molukse vrouw met wie ze niet officieel zijn getrouwd, maar wel kinderen mee kregen. De voorouders van Marcel van Kanten hadden het in Nederlands Indië niet slecht, goed opgeleid en zelfs eigenaar van een plantage. Zo brengen de voorouders van Marcel beide kanten van de geschiedenis in één persoon. Sterker nog Marcel kan niet uitsluiten dat er bij zijn voorouders mensen zitten die de bevolking van Indië hebben uitgebuit op een manier waar Max Havelaar voor gewaarschuwd heeft. Niet alles wat je uitzoekt door wortelzucht is fijn om te ontdekken.
Juist dat beiden geschiedenissen in één persoon terugkomen, maakt Wortelzucht boeiend om te lezen. Het is of je kijkt naar een aflevering van een Verborgen verleden, maar dan veel uitgebreider, want Marcel van Kanten, loopt de stamboom na via zijn vader, moeder en opa’s en oma’s van beiden kanten.
Het zijn korte stukjes. In het begin met anekdotes uit de familiegeschiedenis, naar aanleiding van een voorwerp of een herinnering. Daarbij springt Marcel van Kanten heen en weer in de tijd en van oost naar west, de hele wereld over vooral in de driehoek Indonesië, Suriname, Europa. Aan het eind is er aandacht voor de slavernij vanuit Afrika. Het is een mooi verzorgd boek, stevig papier met veel ingekleurde foto’s.
Tussen de regels zit ook woede en verdriet over de manier waarop in Nederland met de geschiedenis wordt omgegaan. Je merkt aan de zorgvuldige keuze voor woorden waarmee de geschiedenis gedekoloniseerd wordt. De geschiedenis van Marcel van Kanten laat zien dat er een ander verhaal is.
Marcel kent verhalen van zijn afkomst. Hij komt bij beide Opa’s en Oma’s over de vloer. Het is natuurlijk ook verwarrend, zo’n wisseling van de ene naar de andere wereld met ander eten en andere woorden. Maar er moet vooral keurig Nederlands worden gesproken en niet alles wordt verteld. Maar is er echt plaats voor hem in Nederland? Hij voelt een drang om zijn wortels te ontdekken. Wortelzucht is een term van een Congolese schrijver Kiza Magendame, die dit verlangen voor het eerst heeft benoemd. Als Marcel van Kanten voor zijn verjaardag een DNA test krijgt, komt hij erachter dat in zijn bloed wel 13 verschillende etniciteiten zitten, waaronder 5 Afrikaanse en een Joodse bloedlijn. Marcel gaat zijn stamboom langs en diept zo de koloniale geschiedenis op.
In Suriname ontdek je de wreedheden van de slavernij voor de slaafgemaakten en onrechtvaardige rijkdom van de plantagehouders. Voorgerekend wordt bijvoorbeeld wat zij kregen voor de voorouders van Marcel van Kanten, terwijl de familie geen schadeloosstelling kreeg. Dat slavenhouders en slavengemaakten met elkaar verweven zijn is voor Marcel bewezen op grond van de DNA test. Daarom is er in dit boek ook aandacht voor van de voorname Ierse family Kennedy, dezelfde voorvoorouder van de later president in Amerika.
Ook wordt duidelijk hoe na de afschaffing van de slavernij, arbeidsmigranten, onder andere ook uit Portugees Madeira naar Suriname kwamen en zodoende een plek in de stamboom van Marcel hebben gekregen.
Aan de andere kant van de wereld is daar de geschiedenis van Nederlands Indië en Knil militairen, die een njai hadden, een Javaanse of Molukse vrouw met wie ze niet officieel zijn getrouwd, maar wel kinderen mee kregen. De voorouders van Marcel van Kanten hadden het in Nederlands Indië niet slecht, goed opgeleid en zelfs eigenaar van een plantage. Zo brengen de voorouders van Marcel beide kanten van de geschiedenis in één persoon. Sterker nog Marcel kan niet uitsluiten dat er bij zijn voorouders mensen zitten die de bevolking van Indië hebben uitgebuit op een manier waar Max Havelaar voor gewaarschuwd heeft. Niet alles wat je uitzoekt door wortelzucht is fijn om te ontdekken.
Juist dat beiden geschiedenissen in één persoon terugkomen, maakt Wortelzucht boeiend om te lezen. Het is of je kijkt naar een aflevering van een Verborgen verleden, maar dan veel uitgebreider, want Marcel van Kanten, loopt de stamboom na via zijn vader, moeder en opa’s en oma’s van beiden kanten.
Het zijn korte stukjes. In het begin met anekdotes uit de familiegeschiedenis, naar aanleiding van een voorwerp of een herinnering. Daarbij springt Marcel van Kanten heen en weer in de tijd en van oost naar west, de hele wereld over vooral in de driehoek Indonesië, Suriname, Europa. Aan het eind is er aandacht voor de slavernij vanuit Afrika. Het is een mooi verzorgd boek, stevig papier met veel ingekleurde foto’s.
Tussen de regels zit ook woede en verdriet over de manier waarop in Nederland met de geschiedenis wordt omgegaan. Je merkt aan de zorgvuldige keuze voor woorden waarmee de geschiedenis gedekoloniseerd wordt. De geschiedenis van Marcel van Kanten laat zien dat er een ander verhaal is.
1
Reageer op deze recensie
