Sterk eerste deel van de serie

Thomas Erikson (1965) is een Zweedse schrijver, gedragswetenschapper en leiderschapscoach voor managers. Hij begon zijn schrijverscarrière met een vierdelige thrillerserie met gedragswetenschapper en communicatieadviseur Alex King in de hoofdrol. Enkele jaren later stortte hij zich op non-fictie en leverde maar liefst zes boeken af in de ‘Omringd door’-serie, die werd afgetrapt met het succesvolle Omringd door idioten. Omdat niet iedereen non-fictie leest en de auteur toch graag zijn kennis en ervaring met zoveel mogelijk lezers wilde delen, bedacht hij een nieuw personage voor een nieuwe thrillerreeks. Protagonist van dienst is dit keer Joe Carling, net als Alex King indertijd gedragswetenschapper.

In De miljardair, dat door Corry van Bree naar het Nederlands werd vertaald, laat Erikson zijn lezers kennismaken met Georg Bromarck, een oude steenrijke man die voor hij sterft zijn nalatenschap geregeld wil hebben. De enige die voor hem in aanmerking komt om zijn miljardenimperium te erven, is zijn kleinzoon Filip. Maar die blijkt vermist te zijn, niet meer gezien na een wandel- en klimtocht in de Zwitserse Alpen. Bromarck doet een beroep op zijn mentor en vriend Joe Carling om de vermiste jongeman op te sporen.

Het boek start met een proloog die meteen het verhaal intrekt. Daarna volgen vele korte hoofdstukken die zorgen voor een hoog tempo. Erikson verstaat de kunst om de aandacht van zijn lezers vast te houden door steeds stukjes informatie prijs te geven, en stap voor stap nieuwe personages te introduceren. De schrijfstijl die hij daarvoor hanteert is rechttoe rechtaan, hij maakt de dingen nooit gecompliceerder dan nodig. De auteur heeft ervoor gekozen heel de tijd een alwetende verteller aan het woord te laten. Het perspectief wisselt nogal eens, maar niemand doet zijn verhaal in de ik-vorm.

De personages in De miljardair zijn divers. Gedragswetenschapper Joe Carling, geplaagd door een sociale fobie, is een waar fenomeen wanneer het erom gaat menselijke gedragingen te interpreteren en hij doorziet manipulatie als geen ander. Door zijn ogen ziet de lezer hoe mensen in een bepaalde richting geduwd kunnen worden en hoe bepaald gedrag iemand kan verraden. De oude Georg Bromarck, vroeger een zakelijke killer zonder emoties, is met de jaren zachter geworden en speelt eveneens een interessante rol in dit verhaal. Daarnaast is er nichtje Nicole, halfbroer Jörgen en halfzus Lissie, rechterhand Siri, commissaris Loewy en zovele anderen. Erikson heeft ze stuk voor stuk een eigen karakter gegeven en laat ze goed uit de verf komen.

Er zitten genoeg elementen in het boek die de lezer toelaten mee te speuren. Waarom is Filip verdwenen? Hoe lang trekt Bromarck het nog? Heeft er iemand een verborgen agenda? Hoewel bepaalde stukken uitermate spannend zijn en het boek langere tijd wegleggen quasi onmogelijk is, moet deze thriller het vooral van de psychologische aspecten hebben. De uiteindelijke ontknoping is lichtjes teleurstellend, want deels voorspelbaar. Toch mag dat geenszins de pret drukken, daarvoor is het leesplezier te groot.

Conclusie? Thomas Erikson heeft met De miljardair een sterk eerste deel in de ‘Joe Carling’-serie geschreven. Vlot en meeslepend, vol interessante personages en plotontwikkelingen.

[Met dank aan HarperCollins voor het recesie-exemplaar]