Het hele leven is nodig om te leren leven en te leren sterven

In “Je kunt het maar één keer doen” beschrijft Barbara van Beukering in 30 korte hoofdstukken haar zoektocht naar sterven. De dood hoort bij het leven, maar blijft nog steeds een taboeonderwerp. Van Beukering sprak deskundigen op het gebied van sterven en vond 10 mensen bereid om te vertellen over het sterfproces van hun dierbare, een gevoelig en intiem onderwerp. Samen met haar eigen ervaringen laat Van Beukering diverse facetten van het sterfproces de revue passeren.

Sterven doe je maar één keer, je hebt maar één examen. Hoe kun je je daar zo goed mogelijk op voorbereiden? Slechts 20% gaat plotseling dood (door hartstilstand, (zelf)moord of een ongeluk). Dat betekent dat 80% “aangekondigd” komt te overlijden. Mensen die weten dat ze niet lang meer te leven hebben maken verschillende keuzes en gedragen zich verschillend.

Na de dood van een dierbare kun je achterblijven met angst en schuldgevoelens als het stervensproces traumatisch was en de overledene de dood niet kon accepteren. Afscheid nemen is een belangrijk onderdeel van sterven, waarin teruggeblikt kan worden op het leven met haar mooie en minder mooie kanten. Het verdriet om het gemis van de dierbare raak je niet kwijt, maar je kunt er wel mee leren leven.

Het hele leven is nodig om te leren leven en te leren sterven (Seneca)
“Je kunt het maar één keer doen” zet aan tot nadenken over je eigen sterfelijkheid, is ondanks het zware onderwerp makkelijk leesbaar.