Meer dan 6,6 miljoen beoordelingen en recensies Organiseer de boeken die je wilt lezen of gelezen hebt Het laatste boekennieuws Word gratis lid
×
Lezersrecensie

Omgaan met het anders zijn

Jan Stoel 20 juni 2024
Mooie Jo is de derde roman van de Vlaamse auteur Kristien De Wolf. Het is een biografische roman. Dat houdt in dat de auteur op literaire wijze het leven beschrijft van iemand die echt bestaan heeft. En volgens mij heeft de auteur het hoofdpersonage, Jo Stormvogel, goed gekend, is het een familielid. “Dit is een werk van verbeelding” schrijft De Wolf voor in het boek, maar het is onmiskenbaar dat ze geput heeft uit herinneringen, verhalen, documenten die Jo betroffen: “Alles leeft! Niets loopt ooit ten einde en nooit stoppen de verhalen. Steeds loopt het verder en steeds verandert het een beetje van vorm,” schrijft ze. Zo gaat dat met verhalen en herinneringen.

Jo Stormvogel (een goed gekozen achternaam, want Jo was een opvallende ‘vogel’ en ‘bestormde het leven’ en fladderde er doorheen) was een uitzonderlijk knappe man. Het verhaal begint in het heden met binnenhuisarchitect Felix, die tien jaar na de dood van Jo, vol warmte aan hem terugdenkt en foto’s van vroeger bekijkt. Zij hebben dertig jaar een relatie gehad. “Ik zág hem pas voor het eerst toen we beiden al een flink stuk voorbij de kaap van dertig jaar gepeddeld waren. Mijn hart was nog heel toen. Het was 1974.” Felix zit in de Astra naar Papillon (de film met Steve McQueen) te kijken met zijn vriend Theo. Jo komt te laat in de film en Felix is meteen verliefd, hoewel hij met een andere man is, Theo. Theo wil een open relatie en gaat ook met Rudi om, die weer een vriend van Jo is. Als Theo kiest voor Rudi ontstaat er ruimte voor Felix en Jo. Jo noemt hem mijn kleine sjeik. “Je lijkt op Omar Sharif. Je haar en vooral je snor.” Felix weet dat ze elkaars grote liefde niet zijn. “We zijn elkaars reddingsboei […] elkaars wrakhout, elkaars onbewoonde eiland op zijn best, het warme zand na de koude oceaan.” Kristien De Wolf brengt meteen spanning in het verhaal door deze zin die ze door Felix laat uitspreken: “Hoe komt het dat Jo steeds in de verte staart op foto’s? Ik weet niets over het klooster. Wie Jo’s eerste liefde was? Ik weet het niet.”

Familiegeschiedenis
Het verhaal van Jo wordt vervolgens vanuit verschillende perspectieven verteld. Dat geeft het verhaal vaart, maar zorgt ook voor diepgang. Je leert die personages goed kennen en hoe ze naar de ander kijken. De Wolf heeft die personages een eigen stem gegeven.

Jo vertelt over zijn familiegeschiedenis, het gezin met zeven kinderen waarbij pastoors veelvuldig over de vloer komen. Broeder Marc, aalmoezenier bij de scouts waar Jo lid van is, wordt huisvriend en oppas. Een geestelijke geniet vertrouwen bij de moeder en hij kijkt moeder aan met zachte ogen waar heiligheid uitdruipt. Marc heeft een oogje op Jo en die laat zich aanvankelijk meeslepen, maar keert zich uiteindelijk van hem af. “Iedere soutane gaf me braakneigingen. […] Met mijn schoonheid stak ik hun de ogen uit.” Jo wordt onhandelbaar, ga naar het internaat en voelt uiteindelijk een roeping om priester te worden. Hij wil zelfs naar de missie. Op het seminarie valt de prior, Augustinus, als een blok voor Jo. Jo ziet in hem de perfecte leermeester. Is dit de kat op het spek binden? De Wolf laat de pater, zoals Augustinus genoemd wordt, spreken in de wij-vorm, de pluralis majestatis. Daardoor geeft hijzelf zijn belangrijkheid aan. Uiteindelijk kiest Jo een andere weg, hoewel hij de pater blijft ontmoeten. “Mijn blik was gericht op de horizon, waar ik dacht dat de zon zou opkomen.” “Ik zou vanaf nu leven.”

Ruimdenkendheid
Het levensverhaal van die mooie en vooral kleurrijke Jo zou je een coming-out-roman kunnen noemen. Maar het gaat in deze roman om veel meer. Mij viel op hoe de familie van zowel Felix als Jo met homoseksualiteit omgaan. Geen krampachtige veroordeling en vooral ruimdenkend. En dat voor mensen die in een wat kleinere gemeenschap ‘over het water’ (in de buurt van Antwerpen) wonen in de jaren veertig en vijftig van de vorige eeuw. Ouders en familieleden die onvoorwaardelijk hun kind steunen. Jo zegt: “Vader heeft geen kritiek. Het was mijn leven, zei hij.” Daar zou menige Paus nog eens een voorbeeld aan kunnen nemen. De Wolf toont ook een tijdsbeeld met enerzijds de problemen die homoseksuelen ondervonden in de maatschappij, de vrije seksuele moraal in de jaren zestig en zeventig, de homoscene, maar ook de paniek die ontstaat tijdens de Aidsepidemie in de jaren tachtig. Verder de positie van de katholieke kerk, het misbruik zoals we dat hebben leren kennen uit een serie als ‘Godvergeten.’ Maar het gaat toch vooral over de twijfels, de gevoelens, het omgaan met het taboe, het maken van keuzes, de dreiging van het verstoten raken. De Wolf schrijft daarover met empathie en gevoel. Maar ze (ver)oordeelt nooit. Ze houdt ons ook een spiegel voor. Hoe gaan wij om met mensen die anders zijn? Hoe zit het met onze ruimdenkendheid? Hebben wij niet al te snel onze mening over van alles klaar? Willen we de ander echt begrijpen en respecteren zoals hij is? En als we het over de maatschappij hebben dan zien we ook wat er veranderd is. Kennen we nog de buurtwinkel, de plaatselijke bakker waar je elkaar ontmoette? De teloorgang van het kleinschalige ten faveure van het grootwinkelbedrijf en shopping centers waar alles snel, goedkoop en onpersoonlijk is lees ik ook in deze bijzondere roman. Felix zegt daarover: “Alle auto’s zijn grijs, alle kopjes komen van Ikea, de wereld loopt vol met barbaren.”

Kerkvader Augustinus
De structuur van de roman is prachtig. Hij begint en eindigt in het nu met Felix en daartussen speelt het verhaal zich chronologisch af. De auteur weet te raken en te ontroeren. Ze toont een verbluffende taalvirtuositeit en plasticiteit: “Ik begon te ratelen als een peterseliemolentje”; “bittere geschiedenissen worden jarenlang bijgeknipt tot koddige bonsaivertelsels.” En dan is er nog de symboliek. De pater heet Augustinus en was het grote voorbeeld voor Jo. Kerkvader Augustinus (354-430) was in zijn jonge jaren losbandig en stortte zich in homoseksuele liefdes. Je herkent dit in de pater. Felix staat natuurlijk voor de brenger van het geluk. En de film Papillon die regelmatig opduikt in de roman verwijst naar de tatoeage van een vlinder die het hoofdpersonage op zijn borst droeg. Symbool voor het zich vrij voelen.

Mooie Jo is een genuanceerde roman over jezelf kunnen zijn. Het is geen ‘zware’ roman, maar humor, lichtheid vindt je er overal in terug. Dat maakt deze roman tot een monument voor Jo ‘Stormvogel.’



Eerdere gepubliceerd op Bazarow.com

Reageer op deze recensie

Meer recensies van Jan Stoel