Meer dan 5,3 miljoen beoordelingen en recensies Organiseer de boeken die je wilt lezen of gelezen hebt Het laatste boekennieuws Word gratis lid
×
Lezersrecensie

Wonderlijke roman vol wreed- schone sprookjes over gemarginaliseerde Wolga- Duitsers

Nico van der Sijde 02 augustus 2021
Met veel verbazing las ik "Wolgakinderen", de tweede dikke roman van de jonge Tartaars- Russische Guzel Jachina. Een roman vol prachtige zinnen en originele beelden, die ongetwijfeld prima zijn vertaald door de befaamde Arthur Langeveld. Maar ook een wat overvolle en wijdlopige roman, waar ik soms niet echt greep op kreeg.

Hoofdpersoon is Jakob Bach, een excentrieke, eenzame en oudere dorpsonderwijzer in het dorp Gnadenthal, een afgesloten samenleving van "Wolga- Duitsers" in de weidse steppe langs de Wolga. Die "Wolga- Duitsers" waren Duitse kolonisten, die ooit de steppen rond de Wolga gingen bewonen en bebouwen op uitnodiging van Catharina de Grote, maar die in de Stalin- periode werden weggezuiverd, verjaagd, gedeporteerd en verdelgd. Via het vreemde leven van Jakob Bach, dat we volgen vanaf ongeveer 1916 tot ongeveer de jaren veertig, krijgen we een beeld van het treurig lot van deze uitgemoorde en inmiddels geheel vergeten bevolkingsgroep. Maar wel een heel vreemd, indirect, vaak zelfs sprookjesachtig beeld. Want de roman zoomt vooral in op Jakob Bach en de zijnen, en van het enorme gewelddadige rumoer in de Stalinistische Sovjet- Unie zien we alleen glimpen, fragmenten, onbegrijpelijke en onbegrepen gruwelbeelden op afstand. Beelden dus vanuit het perspectief van de totale buitenstaander Jakob Bach, die niet begrijpt en bevat wat hij ziet. En juist dat niet- kunnen- bevatten van de verbijsterde Bach, in combinatie met de wreedheid en turbulentie van het wereldgebeuren, is zonder meer pregnant en ontroerend.

Eveneens ontroerend is hoe Bachs leven zich ontwikkelt als een soort bitterzoet sprookje, vol wreedheid en schoonheid en troost, in een parallelle, deels afgezonderde wereld. Hij krijgt bijvoorbeeld een liefdesrelatie met zijn veel jongere privé- leerling Klara Grimm, en gaat met haar een van de wereld afgezonderde hoeve bewonen aan de andere oever van de Wolga. Hun wederzijdse liefde ontwikkelt zich bovendien in opvallend onrealistische sferen: ze horen alleen elkaars stem omdat zij zich achter een scherm verbergt, ze communiceren vooral via codes en toespelingen, of via verhalen en sprookjes die ze elkaar vertellen, en in het begin zien ze elkaar niet omdat Klara zich verbergt achter een scherm. Alsof ze elkaar vooral ervaren als droombeelden, als idealiseringen van hun fantasie, of op zijn minst als fantomen die pas dankzij hun fantasie vorm en inhoud krijgen .

Helaas is hun droomwereld niet ondoordringbaar: drie afgedwaalde soldaten dringen de hoeve binnen en misbruiken Klara, en als daaruit later een kind geboren wordt sterft zij in het kraambed. Maar na haar dood leeft ze voor Jakob voort als een tot in oneindige schoonheid gesublimeerd esthetisch object. Bovendien, met de in deze ramp verwekte dochter vormt Jakob een bijna symbiotische twee- eenheid, die volkomen woordloos is en ook moet zijn: Jakob heeft door al deze heftige gebeurtenissen zijn spraak verloren, zijn dochter Antje heeft daardoor van hem geen woorden geleerd. Die sprakeloosheid kun je volgens mij zien als krachtig symbool van het hele Wolga- Duitse volk dat door de Sovjet- terreur van zijn spraak is beroofd, of als symbool van de sprakeloos makende kracht van onverwerkbare trauma's. Maar tegelijk is die woordloze wereld van Antje en Jakob naar mijn smaak ook van grote intimiteit en schoonheid, omdat het een wereld is aan gene zijde van de taal en de conventies. Dat verandert weliswaar als het zwerfjongetje Vasjka lid van dit vreemde gezin wordt, en al helemaal als Antje en Vasjka worden ontdekt door Sovjet- Russische heropvoeders. Maar de sprakeloze band tussen Antje, Vasjka en Jakob blijft gedurende deze hele roman wel vrij overheersend. Net als Jakobs dromen, zijn dichterlijke fantasieën, en de vele sprookjes die hij bedenkt. Dat zijn sprookjes waarmee hij op heel eigen wijze vorm geeft aan motieven uit zijn eigen leven en uit de Wolga- Duitse cultuur waarin hij is geworteld. En bovendien sprookjes waarmee hij ook de realiteit buiten zijn van de wereld afgezonderde hoeve mooier probeert te maken. Wat deels nog lukt ook, omdat zijn sprookjes - die hij samen met de vrij groteske partijfiguur Hoffmann ontwerpt - op magische wijze ingrijpen in de realiteit. Alleen, dat heeft soms ook funeste gevolgen. Want sprookjes bevatten naast schoonheid en dromen van goedheid ook veel onderstromen van duisternis en wreedheid. En bovendien, de naargeestige realiteit van het Stalinistische tijdperk laat zich niet bedwingen.....

Ik negeer nu met opzet diverse verhaallijnen en motieven, want anders verraad ik te veel en maak ik dit stukkie te lang. Bovendien kon ik met sommige lijnen en motieven ook weinig beginnen. Dus ik zoom vooral in op wat mij het meest trof: Jakobs wereld vol sprookjesachtige fantasie, die zich ontwikkelt in en door afzondering van de zo brute Sovjet- Russische realiteit. Een wereld die in schril contrast staat met de Sovjet- Russische leuzen, en ook met de scenes waarin we tot onze verrassing kennis maken met Stalins nogal megalomane machtsdromen. Wilde Jachina met dit boek een monument maken voor droom en fantasie? Koos zij daarom voor deze van spraakvermogen beroofde hoofdpersoon, die zich afzondert van de wereld en alleen in fantasiebeelden leeft? En voor een nadrukkelijk niet- realistisch verhaal, als een soort weermiddel tegen de Sovjet- realiteit? Of heeft ze juist voor een soms vrij griezelige sprookjessfeer gekozen om recht te doen aan de nachtmerries van het Stalin- tijdperk? Ik weet het niet. Maar de fantasie en de sprookjessfeer boeiden mij wel, net als het voortdurend verrassende verhaalverloop. En vooral daarom heb ik "Wolgakinderen" met plezier gelezen.
2

Reageer op deze recensie

Meer recensies van Nico van der Sijde

Gesponsord

Deze thriller trekt je razendsnel mee in een complot met onbetrouwbare staatslieden met hun eigen agenda's, internationale conflicten en hoogoplopende bedreigingen voor de samenleving.