Lezersrecensie
Tussen rook en stilte. Liefde in tijden van angst
Wanneer in september 1990 een goederentrein met een lading dimethylether – een licht ontvlambaar gas – ontspoort in Ekeren, wordt niet alleen een hele buurt opgeschrikt, maar ook het leven van twee mannen voorgoed ontwricht. In Willy & Romain gebruikt Louis van Dievel deze waargebeurde ramp als achtergrond voor een verhaal over liefde, schaamte, overleven en het fluisterwoord ‘aids’.
Een mozaïek van rook en herinnering
De roman ontvouwt zich als een mozaïek van heden en verleden. Nieuwsflitsen over de ramp wisselen af met scènes uit het leven van Willy Verachtert en Romain Verbruggen. Die korte reportages werken als tikken van een klok — elke melding brengt de lezer dichter bij de ontploffing, zowel buiten als binnenin.
Van Dievel, die destijds zelf als journalist verslag deed van de ramp, reconstrueert met literaire precisie de hectiek van die dagen. Het onheil van buiten weerspiegelt de innerlijke chaos van de hoofdpersonages.
Twee mannen, twee werelden
Willy, zoon van een onteigende ajuinboer uit Zandvliet, wordt na de dood van zijn vader kostwinner in een conservenfabriek. Zijn huwelijk met Jeanine Bartholomeussen blijkt liefdeloos. “Hij kan het wel (…) maar hij is heel moeilijk in gang te krijgen.” Wanneer Jeanine ontdekt dat haar man homo is, zoekt ze een minnaar. Willy laat begaan: “Hij had seks altijd als een karwei beschouwd.”
Zijn leven verandert pas als hij via een maat in The Strange, een ‘jeanettencafé’, terechtkomt. Daar komt hij er echt achter dat hij op mannen valt.
Romain groeit op in Sint-Jozef Olen. Als misdienaar krijgt hij te maken krijgt met misbruik door de onderpastoor: “Dat zijn lievelingsmisdienaar welhaast iedere nacht naakt in zijn kortdromen verscheen, hield de onderpastoor vanzelfsprekend voor zich.” Later wordt hij een flamboyante marktkramer met een grote mond en een zacht hart.
De ontmoeting tussen Willy en Romain is onvermijdelijk én onmogelijk tegelijk — twee zielen die elkaar aantrekken, maar niet begrijpen. Hun relatie is een botsing van werelden: de gesloten dorpsmentaliteit tegenover de bruisende volksziel van de markt. Van Dievel laat ze spreken zoals ze zijn: in sappig Antwerps dialect, ontwapenend eerlijk. Romain praat sneller dan hij denkt, Willy slikt alles in tot het hem verstikt. Dat is Van Dievel op zijn best: taal die leeft, personages die ademhalen.
Van kostwinner tot zonderling
In flashbacks toont Van Dievel hoe Willy’s leven langzaam desintegreert. De dood van zijn vader, zijn mislukte huwelijk, zijn geaardheid en de vernedering na zijn echtscheiding stapelen zich op. De gemeenschap van Zandvliet en Berendrecht kijkt toe en oordeelt.
Jeanine wordt geen karikatuur: ook zij is slachtoffer van haar tijd, haar milieu en haar beperkte keuzeruimte. Van Dievel legt de bekrompen moraal van de jaren zestig en zeventig bloot.
Misbruik en zwijgen
Romain draagt zijn eigen littekens. In het “pastoorsfabriekske”, het Klein Seminarie van Hoogstraten, wordt hij als jongen misbruikt. De scènes behoren tot de rauwste uit het boek, maar Van Dievel vermijdt sensatie.
Hier klinkt de maatschappelijke bewogenheid die zijn oeuvre kenmerkt: de woede over onrecht en de drang om gewone, vaak onmondige mensen een stem te geven.
De schaduw van aids
Tegen de achtergrond van de jaren tachtig en negentig sluipt een nieuwe dreiging binnen: aids. In cafés als The Strange hangt de angst tastbaar in de lucht. Willy hoest, vermagert, maar durft zich niet te laten testen. Romain ontkent. Het Tropisch Instituut – “met die discrete achteringang” – wordt een plek van schrik en stigma.
Het boek is opgedragen aan Wim Totté, in 1986 een van de eerste Belgische aidsslachtoffers. Van Dievel schrijft erover zoals men toen sprak: voorzichtig, half fluisterend, met machteloos verdriet. De ziekte wordt symbool van een samenleving die niet wist hoe om te gaan met liefde buiten de lijntjes.
De volkse wereld van Van Dievel
De kracht van Willy & Romain zit in de taal. Van Dievel laat zijn personages praten zoals ze praten: plastisch, grof, grappig en ontroerend. Achter de volkse toon schuilt een strak geconstrueerde roman, waarin nieuwsfragmenten, flashbacks en dialogen zorgvuldig in elkaar grijpen.
De auteur toont zijn meesterschap in het portretteren van ‘gewone’ mensen: marktkramers, fabrieksarbeiders, buren die roddelen. De humor, de warmte en het menselijk tekort lopen naadloos door elkaar.
Een ramp die meer dan één leven verwoest
De treinramp in Ekeren vormt meer dan een decor — ze spiegelt de innerlijke ontploffing van de hoofdpersonages. Terwijl de tankwagon met chemisch gas barst, breekt ook Willy’s leven open. Jaloezie, angst en verlangen spuiten tegelijk naar buiten. De focus in de roman ligt op de dynamiek tussen Willy en Romain en de uitdagingen waarmee ze worden geconfronteerd in een tijd waarin homoseksualiteit stigmatiserend was en aids zich manifesteerde.
Wanneer hij beseft dat Romain hem bedriegt met Didier en mogelijk besmet is, slaat liefde om in wanhoop. Het slot is rauw, maar ook verzoenend: Van Dievel toont dat zelfs in de grootste chaos iets van menselijkheid overeind blijft.
Teder, tragisch en doorleefd
Willy & Romain is een roman over liefde in al haar gedaanten — koppig, kwetsbaar, verboden. Over hoe een ramp niet alleen een wijk in verwarring brengt, maar ook levens openbreekt.
Het boek is een eerbetoon aan wie moest leven in de schaduw: homo’s, arbeiders, slachtoffers van misbruik. En aan de veerkracht waarmee ze dat deden.
Met Willy & Romain schrijft Louis van Dievel opnieuw geschiedenis van onderuit. Waar het gewone leven vroeger buiten beeld bleef, zet hij het nu in het volle licht — met tederheid, tragiek en de kracht van doorleefd mededogen.
—
Voor het eerst gepubliceerd op Boekenkrant.com
Leesadvies voor jongeren
Wat als liefde verboden lijkt en angst alles verstikt? Willy & Romain vertelt over twee mannen die zichzelf verliezen én terugvinden in de schaduw van een ramp. Heftig, eerlijk en ontroerend.
Een mozaïek van rook en herinnering
De roman ontvouwt zich als een mozaïek van heden en verleden. Nieuwsflitsen over de ramp wisselen af met scènes uit het leven van Willy Verachtert en Romain Verbruggen. Die korte reportages werken als tikken van een klok — elke melding brengt de lezer dichter bij de ontploffing, zowel buiten als binnenin.
Van Dievel, die destijds zelf als journalist verslag deed van de ramp, reconstrueert met literaire precisie de hectiek van die dagen. Het onheil van buiten weerspiegelt de innerlijke chaos van de hoofdpersonages.
Twee mannen, twee werelden
Willy, zoon van een onteigende ajuinboer uit Zandvliet, wordt na de dood van zijn vader kostwinner in een conservenfabriek. Zijn huwelijk met Jeanine Bartholomeussen blijkt liefdeloos. “Hij kan het wel (…) maar hij is heel moeilijk in gang te krijgen.” Wanneer Jeanine ontdekt dat haar man homo is, zoekt ze een minnaar. Willy laat begaan: “Hij had seks altijd als een karwei beschouwd.”
Zijn leven verandert pas als hij via een maat in The Strange, een ‘jeanettencafé’, terechtkomt. Daar komt hij er echt achter dat hij op mannen valt.
Romain groeit op in Sint-Jozef Olen. Als misdienaar krijgt hij te maken krijgt met misbruik door de onderpastoor: “Dat zijn lievelingsmisdienaar welhaast iedere nacht naakt in zijn kortdromen verscheen, hield de onderpastoor vanzelfsprekend voor zich.” Later wordt hij een flamboyante marktkramer met een grote mond en een zacht hart.
De ontmoeting tussen Willy en Romain is onvermijdelijk én onmogelijk tegelijk — twee zielen die elkaar aantrekken, maar niet begrijpen. Hun relatie is een botsing van werelden: de gesloten dorpsmentaliteit tegenover de bruisende volksziel van de markt. Van Dievel laat ze spreken zoals ze zijn: in sappig Antwerps dialect, ontwapenend eerlijk. Romain praat sneller dan hij denkt, Willy slikt alles in tot het hem verstikt. Dat is Van Dievel op zijn best: taal die leeft, personages die ademhalen.
Van kostwinner tot zonderling
In flashbacks toont Van Dievel hoe Willy’s leven langzaam desintegreert. De dood van zijn vader, zijn mislukte huwelijk, zijn geaardheid en de vernedering na zijn echtscheiding stapelen zich op. De gemeenschap van Zandvliet en Berendrecht kijkt toe en oordeelt.
Jeanine wordt geen karikatuur: ook zij is slachtoffer van haar tijd, haar milieu en haar beperkte keuzeruimte. Van Dievel legt de bekrompen moraal van de jaren zestig en zeventig bloot.
Misbruik en zwijgen
Romain draagt zijn eigen littekens. In het “pastoorsfabriekske”, het Klein Seminarie van Hoogstraten, wordt hij als jongen misbruikt. De scènes behoren tot de rauwste uit het boek, maar Van Dievel vermijdt sensatie.
Hier klinkt de maatschappelijke bewogenheid die zijn oeuvre kenmerkt: de woede over onrecht en de drang om gewone, vaak onmondige mensen een stem te geven.
De schaduw van aids
Tegen de achtergrond van de jaren tachtig en negentig sluipt een nieuwe dreiging binnen: aids. In cafés als The Strange hangt de angst tastbaar in de lucht. Willy hoest, vermagert, maar durft zich niet te laten testen. Romain ontkent. Het Tropisch Instituut – “met die discrete achteringang” – wordt een plek van schrik en stigma.
Het boek is opgedragen aan Wim Totté, in 1986 een van de eerste Belgische aidsslachtoffers. Van Dievel schrijft erover zoals men toen sprak: voorzichtig, half fluisterend, met machteloos verdriet. De ziekte wordt symbool van een samenleving die niet wist hoe om te gaan met liefde buiten de lijntjes.
De volkse wereld van Van Dievel
De kracht van Willy & Romain zit in de taal. Van Dievel laat zijn personages praten zoals ze praten: plastisch, grof, grappig en ontroerend. Achter de volkse toon schuilt een strak geconstrueerde roman, waarin nieuwsfragmenten, flashbacks en dialogen zorgvuldig in elkaar grijpen.
De auteur toont zijn meesterschap in het portretteren van ‘gewone’ mensen: marktkramers, fabrieksarbeiders, buren die roddelen. De humor, de warmte en het menselijk tekort lopen naadloos door elkaar.
Een ramp die meer dan één leven verwoest
De treinramp in Ekeren vormt meer dan een decor — ze spiegelt de innerlijke ontploffing van de hoofdpersonages. Terwijl de tankwagon met chemisch gas barst, breekt ook Willy’s leven open. Jaloezie, angst en verlangen spuiten tegelijk naar buiten. De focus in de roman ligt op de dynamiek tussen Willy en Romain en de uitdagingen waarmee ze worden geconfronteerd in een tijd waarin homoseksualiteit stigmatiserend was en aids zich manifesteerde.
Wanneer hij beseft dat Romain hem bedriegt met Didier en mogelijk besmet is, slaat liefde om in wanhoop. Het slot is rauw, maar ook verzoenend: Van Dievel toont dat zelfs in de grootste chaos iets van menselijkheid overeind blijft.
Teder, tragisch en doorleefd
Willy & Romain is een roman over liefde in al haar gedaanten — koppig, kwetsbaar, verboden. Over hoe een ramp niet alleen een wijk in verwarring brengt, maar ook levens openbreekt.
Het boek is een eerbetoon aan wie moest leven in de schaduw: homo’s, arbeiders, slachtoffers van misbruik. En aan de veerkracht waarmee ze dat deden.
Met Willy & Romain schrijft Louis van Dievel opnieuw geschiedenis van onderuit. Waar het gewone leven vroeger buiten beeld bleef, zet hij het nu in het volle licht — met tederheid, tragiek en de kracht van doorleefd mededogen.
—
Voor het eerst gepubliceerd op Boekenkrant.com
Leesadvies voor jongeren
Wat als liefde verboden lijkt en angst alles verstikt? Willy & Romain vertelt over twee mannen die zichzelf verliezen én terugvinden in de schaduw van een ramp. Heftig, eerlijk en ontroerend.
1
Reageer op deze recensie
